Nicoline Catharina Hofman-Swijgman

Nicky wordt geboren op 8 februari 1886 in Breda. Ze is de tweede vrouw van Jan Cornelis Hofman, met wie ze een zoon en dochter heeft. Tegen de tijd dat de Tweede Wereldoorlog voor Nederland is uitgebroken en de Duitse bezetting begint, runt ze samen met Jan een sigarenhandel in de Wethouder Romboutsstraat in Breda. Vanaf juni 1942 worden daar joodse onderduikers opgevangen. Het is vooral Nicky die binnen de familie een coördinerende rol speelt voor de hulpverlening aan joden. Uiteindelijk worden er 21 in huis gehaald. Een onderduikadres met winkel aan huis blijkt echter onveilig en in mei 1943 worden de onderduikers verraden. Nicky wordt gearresteerd en gedeporteerd naar het vrouwenconcentratiekamp Ravensbrück ten noorden van Berlijn. Daar wordt ze in februari 1945 vergast; de 28e van die maand wordt als overlijdensdatum aangehouden. Nicky is 59 jaar geworden. Een halve maand later zou ook haar zoon Dicky, die zich eerder ook bij het verzet heeft aangesloten, in Duitse gevangenschap overlijden. Sluiten