Bijdrage
De verzetsactiviteiten van mijn vader Gerrit van de Weerd
Bijdrage geplaatst bij Gerrit van de Weerd
Al vrij snel in de Duitse bezettingsjaren ontstond de verzetsgroep Westland - van de Weerd. In eerste instantie hield men zich vooral bezig met het laten onderduiken van joden en andere vervolgden. Drie broers Westland, van wie er twee de oorlog niet overleefden (Jacobus Westland en Willem Westland) kenden in Amsterdam veel joodse mensen uit de film- en bioscoopwereld. Deze mensen werden opgehaald in Amsterdam en ondergebracht in ‘Het Oranjehotel’ aan de Hoogstraat en in de pakhuizen aan de Kasteelsegang te Wageningen.
Eind 1942 hadden Gerrit van de Weerd en zijn vrouw Toos van de Weerd-de Beus joodse onderduikers in hun bovenwoning aan de Hoogstraat 37a te Wageningen. Deze bovenwoning was ongeschikt om onderduikers blijvend te verbergen en ze werden na een aantal weken ondergebracht bij een werknemer van het loodgietersbedrijf van Van de Weerd aan de Diedenweg. Gerrit van de Weerd en de verzetsgroep waren tot september 1944 continu in de weer om de onderduikers van bonkaarten, voedsel en nieuwe onderduikadressen te voorzien.
Zaterdag, 16 september 1944. Grote opwinding, razzia`s en huis aan huis ophalen van mannen tussen 20 en 50 jaar in Wageningen. Er waren gravers nodig voor de stellingen in Zevenaar. Ongeveer 200 mannen werden opgesloten in het City theater en de persoonsbewijzen werden ingenomen. Zij werden weer vrijgelaten wegens gebrek aan vervoersgelegenheid tot maandag morgen.
Een groot deel was tevoren gewaarschuwd door ‘goede’ politiemannen en hadden tijdig Wageningen verlaten o.a. Gerrit van de Weerd, Johan van de Peppel en Lammert Ledoux. Zij doken onder in het ouderlijk huis van Gerrit van de Weerd aan de Franschekampweg 1 te Bennekom, waar de familie al sinds 1942 een onderduiker had n.l. Geurt Ansink.
Ook tijdens de luchtlandingen van september 1944 was de verzetsgroep Westland-van de Weerd zeer actief. Al voor de luchtlandingen waren Jacob Post (een Wageninger) en Jan Schiedam vanuit Amsterdam gekomen en hielden zich op in de omgeving van Wageningen.
Op zondag 17 september zagen ze vanaf de zolder aan de Fransekampweg honderden vliegtuigen en duizenden parachutisten met grijze, blauwe, gele, bruine, rode en groene parachutes landen. Ook autootjes, tanks enz. kwamen aan parachutes naar beneden. Vooraf waren er `s morgens beschietingen en tussen half twee en twee uur werd er gebombardeerd op o.a. de zijde fabriek in Ede, de kazerne en op de Sahara in Wageningen met als gevolg 20 doden te betreuren in deze woonwijk. Ook in Ede zijn slachtoffers gevallen.
In de namiddag van 17 september vertrokken Gerrit van de Weerd, Jacob Post, Geurt Ansink en Jan Schiedam vanaf de Fransekampweg om zich aan te sluiten bij de geallieerde troepen.
`s Avonds kwamen Gerrit van de Weerd en Jacob Post weer terug met een oranje armband met in zwart de letters Oranje erop als leden van de Binnenlandse Strijdkrachten en allebei met een geweer. Zij vertelden dat het gewoonweg fantastisch was, wat er af gegooid werd. Geurt en Jan kwamen die avond niet terug. Pas op 15 augustus 1945 kwam de zus van Gerrit, na intensief onderzoek, er achter dat haar verloofde Geurt Ansink en Jan Schiedam in Wolfheze op 19 september in de laan iets voorbij het uitgebrande blindeninstituut waren gefusilleerd.
Gerrit en Jacob vertrokken op maandagochtend 18 september 1944 op de fiets naar Wageningen. Op weg naar Wageningen werden zij ingesloten door een Duitse patrouille en na een vuurgevecht gevangen genomen. In de loop van de dag werden zij overgebracht naar Wageningen en per open vrachtauto via de Hoogstraat en de Rijksstraatweg vervoerd naar het bosperceel achter de Watertoren op de Wageningse berg waar zij werden gefusilleerd. In 1954, bij de aanleg van een weg achter de watertoren werden hun lichamen gevonden.
Gerrit van de Weerd en Jacob Post werden op 26 juni 1954 herbegraven op de Algemene begraafplaats in Wageningen. Jacob bij zijn vader, Johannes Post, die omkwam in het buitenkamp van Neuengamme, Hamburg, Hammerbrook Spaldingstrasse op 28 december 1944, Johannes werd herbegraven in Wageningen op 24 oktober 1951. Beiden zijn inmiddels herbegraven op het Nationaal Ereveld Loenen op de Veluwe.
Op maandag 18 september 1944 stortten twee Dakota’s met parachutisten neer in het Binnenveld, het buitengebied tussen Wageningen, Rhenen en Bennekom. De overlevenden van de bemanningen van beide vliegtuigen, onder leiding van Capt.Frank King (de latere generaal Sir Frank King) en sergeant-majoor George Gatland werden op 19 september door Lambert (Fief) Ledoux (een van de leden van de verzetsgroep) door de Duitse linies naar de Ginkelse Hei gebracht. Lambert werd aan het einde van deze actie gearresteerd door de Duitsers maar wist tijdens het transport naar een wachtpost, in het aardedonker, te ontvluchten. Hij vluchtte daarop naar de Fransekampweg.
Het huis van Gerrit van de Weerd sr. werd een toevluchtsoord voor de gezochten en evacués uit Wageningen en Bennekom, baby’s werden er geboren. De Duitsers vorderden een gedeelte van het huis en de bewoners verbleven in de kelders. Deze situatie duurde tot 28 oktober 1944, toen werd iedereen alsnog gesommeerd het huis te verlaten. Dertig personen, inclusief baby’s en honden vertrokken toen naar Ede, waar de groep uit elkaar viel.
Bron:Zoon Gert van de Weerd