Hendrik Nagel
1905-1945
Bijdragen
De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:
Vlak voor de bevrijding gefusilleerd in Norg
Hendrik Nagel jr. werd op 16 december 1905 geboren in Meppel als oudste zoon van de koffiehandelaar Hendrik Nagel sr. Het gezin telde zeven zoons en twee dochters.
In 1917 richtte vader Nagel, met enkele andere kooplieden, de ‘Handelsvereeniging Atlanta NV’ op, bestaande uit een bedrijf dat puddingpoeder en andere meelproducten produceerde en een groothandel in grutterswaren en gedroogde groenten.
Atlanta was gevestigd in een fraai pand aan het Hoge der A 13 in Groningen. In 1931 werd Hendrik Nagel jr. directeur van Atlanta.
Schilderij (Jannes de Vries) van puddingfabriek Atlanta aan het Hoge der A 13, Groningen.
Hendrik Nagel jr. woonde met zijn vrouw Anje Nagel-Bolt en hun vier dochtertjes aan de Molenweg 12 in Haren. Zijn ouders woonden schuin aan de overkant op Molenweg 11.
Toen het oorlog werd, raakten Hendrik en zijn vijf jaar jongere broer Willem, die aan de Groningse universiteit rechten studeerde, al gauw betrokken bij het verzet. Zij waren beiden goed bevriend met Hendrik Nicolaas Werkman, wiens drukkerij tegenover Atlanta stond. Willem liet in 1944 twee door hem geschreven boeken drukken bij Werkman. In het verzet was hij bekend onder de schuilnaam ‘J.B. Charles’. Onder die naam schreef Willem Nagel later vele werken: poëzie, proza en ook jeugdboeken. De Tweede Wereldoorlog vormde daarin een steeds terugkerend motief.
Hendrik Nagel, ofschoon gereformeerd, maakte deel uit van de socialistisch-pacifistische verzetsgroep De Groot. Hij was een uitgesproken anti-nazi en een tegenstander van geweld. Hij hielp onderduikers. Vanuit zijn puddingfabriek was een tijdlang de zender van inlichtingengroep Beatrix actief. Zijn schuilnaam was ‘Spijker’. Daarnaast was hij betrokken bij de Landelijke hulp aan Onderduikers: LO-groep NW-Overijssel. Onder de naam Frits Steenwijk bracht hij onderduikers onder in Steenwijk. Begin 1945 was de zender Beatrix uit veiligheidsoverwegingen naar Uithuizen gebracht. Daar werd de zender echter opgerold. Een gearresteerde en zwaar gemartelde verzetsman uit Uithuizen noemde de naam van Hendrik Nagel.
Op 21 februari 1945 werd Hendrik gearresteerd. Na zware verhoren in het Scholtenhuis werd Nagel opgesloten in het huis van bewaring.
In april 1945 begon het in het Scholtenhuis door te dringen dat de Canadese troepen in aantocht waren. In een poging de sporen van geweld en wreedheid uit te wissen, werden zeventig gevangenen tegelijk tot de doodstraf veroordeeld. Plaatsvervangend commandant Friedrich Bellmer was met de uitvoering belast.
Op zaterdag 7 april gaf Bellmer elk van zijn medewerkers Gross, Kindel, Knorr en Lehnhoff een namenlijst met de opdracht de genoemde gevangenen te fusilleren. Ze moesten zelf maar een geschikte plek uitzoeken.
Op de lijst van Herbert Gross stond de naam van Hendrik Nagel. Op maandag 9 april 1945, enkele dagen voor de bevrijding, werden Hendrik Nagel en zeven anderen in de avond met een overvalwagen naar de Oosterduinen bij Norg gereden. Een Sonderkommando, bestaande uit acht SD’ers, waaronder de Nederlanders Visser, Van Kooten en chauffeur Haijo van der Schoor vergezelde hen.
Tegen negenen ’s avonds kwam het gezelschap in Norg aan. Gross sprak de mannen toe en zei dat het Duitse gerecht het doodvonnis over hen had uitgesproken. Ogenblikkelijk daarna werden de acht gevangenen gefusilleerd. Elk lid van het Sonderkommando schoot een gevangene door het hoofd.
Hier eindigde het leven van Hendrik Nagel. Hij werd 39 jaar.
De lichamen van de gefusilleerde gevangenen werden in een massagraf in Norg begraven. Al op 10 april werd het graf ontdekt en werden de lichamen opgegraven en naar de Coöperatieve Zuivelfabriek in Norg gebracht. Een Arnhemse begrafenisondernemer, die als evacué in Norg verbleef, heeft de lichamen gekist. Omdat men in Norg niet wist wie de mannen waren, werd aan de gemeentearchitect gevraagd foto’s te maken van de slachtoffers, met een groot nummer op de borst. Datzelfde nummer werd in de kist gekerfd. Daarna werden de kisten begraven op de Norger begraafplaats, in afwachting van identificatie.
In juni 1945 werd het overlijden van Hendrik Nagel in Haren geregistreerd
Aan de hand van de foto’s moest Hendrik geïdentificeerd worden. Dat deed oom Ernst, vermoedelijk op Bevrijdingsdag, 14 april. Toen was er zekerheid. Die dag stonden moeder Nagel en haar kinderen met vlaggetjes langs de weg. Ondanks alle verdriet en verslagenheid moest de bevrijding meebeleefd worden, want daar was vader voor gestorven: voor de vrijheid van zijn land.
In de regionale krant verscheen een kleine annonce, geplaatst door Hendriks ouders: ‘Op 14 April ontvingen we het schokkende bericht dat in het massagraf te Norg was gevonden het stoffelijk overschot van onzen Zoon Hendrik Nagel Jr. Hij was 39 jaar. Haren (Gr.). Fam. H. Nagel Sr. Molenweg 11.’
Hendrik Nagel kreeg een graf op de gemeentelijke begraafplaats De Eshof in Haren.
Geplaatst door Wil Legemaat op 14 april 2019