Jacob Oost
1894-1945
Oorlogsslachtoffer
Is 50 jaar geworden
Geboren op 10-12-1894 in Vledder
Overleden op 02-06-1945 in Kdo. Sandbostel, Neuengamme
Bijdragen
De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:
Jacob Oost, een dapper verzetsstrijder
Er wordt vaak verteld dat de Nederlandse bevolking naïef was en wegkeek bij wat er in de jaren dertig in Duitsland gebeurde. Dat zal in bepaalde gevallen best waar zijn geweest, maar vaak was het niet waar. Veel mensen begrepen heel goed de essentie van het Naziregime en snapten dat de Nazi-ideologie en de uitvoering daarvan op gespannen voet stonden met de menselijkheid. Jacob Oost keek al ruim voor de oorlog zo naar het oosten. Dus toen de Duitsers Nederland hadden bezet, had hij zijn keus al gemaakt: verzet. De enige keus die hij in geweten kon maken zou hem het leven kosten.
Jacob Oost werd op 10 december 1894 geboren in het Drentse Vledder. Hij was van eenvoudige komaf en kwam uit een streek waar ze het sowieso niet breed hadden. Maar hij wilde vooruit in het leven. Hij werd rangeerder bij de NS. Die baan bracht hem in 1917 in Den Haag. Daar ontmoette hij zijn vrouw. Zij werkte daar ergens in de huishouding en was afkomstig uit het Friese Oudemirdum. Er kwamen twee jongens en Jacob volgde de nodige opleidingen die hem maatschappelijk verder konden brengen. In 1928 verhuisde het gezin naar Goor en in 1934 naar Markelo waar Jacob stationschef werd. Ze woonden daar in een mooi huis, waar ze in de oorlogsjaren ook woonden. Jacob Oost was een geëngageerd man, een actief sociaal democraat.
Stationschef Jacob Oost
Van verschillende stationschefs is bekend, dat ze verzetsactiviteiten pleegden. Daar is wel een logica achter te vinden. Als stationschef kwam er letterlijk en figuurlijk van alles en nog wat bij je langs. Je was een spin in het regionale (soms zelfs nationale en internationale) logistieke web. Als je dan, zoals Jacob Oost, het duivelse van het nazisme doorhad, dan kwam je zo maar in het verzet terecht.
Al in de meidagen van 1940 kreeg Jacob een goed voorbeeld voorgeschoteld. In de buurt van Markelo, aan het Twentekanaal, lagen militairen. Die kregen de opdracht om de brug over het kanaal op te blazen. Die brug was al ondermijnd, maar de Duitsgezinde luitenant wilde voorkomen dat de brug echt zou worden opgeblazen. ‘Gaan jullie maar, ik regel het wel met die brug’, zei hij. Maar een van zijn manschappen trok zijn pistool, dwong de luitenant de auto in, zorgde dat er benzine in de auto’s kwam, liet de brug opblazen en reed naar de IJssellinie. Opdracht vervuld. En de achtergebleven wapens werden verborgen door Jacob Oost, de stationschef van Markelo van wie ze wisten dat hij betrouwbaar was.
Het was niet Jacobs’ laatste verzetsdaad. Toen de Duitsers bevalen dat al het koper- en zilvergeld (onder andere) via de stations moest worden ingezameld, verdween wat er via Station Markelo was ingezameld op onverklaarbare wijze. De Duitsers vonden het pas terug toen Jacob Oost in 1942 gearresteerd werd. ‘Zeker Jodengeld’, sneerde een politieman, die bij de arrestatie aanwezig was. ‘Voor jou een vraag, voor mij een weet’, antwoordde Jacob. Na de oorlog is het geld toch weer teruggekomen en enige tijd na zijn arrestatie kwam Jacob weer vrij.
Die term Jodengeld kwam trouwens niet helemaal uit de lucht vallen. Al in 1941 waren er in het mooie huis in Markelo Joodse onderduikers, het gezin Allegro. De zoon kreeg opdracht om het haar van vader Allegro blond te verven zodat hij kon doorgaan voor wie hij voortaan moest zijn: Jan Hageman. Op een gegeven moment werd Jacob door de burgemeester gewaarschuwd dat het te link werd om onderduikers te blijven houden. Het gezin Allegro kreeg een nieuw onderduikadres in het Drentse Frederiksoord, de streek waar Jacob was opgegroeid. Uiteindelijk zijn de moeder en zoontje in Duitse handen gevallen en in Sobibor op 23 mei 1943 vergast. De vader heeft de oorlog overleefd. Een andere gaste in Markelo was een Scheveningse mevrouw, die had moeten wijken voor de Westwall. Op een gegeven moment werden er bij wijze van straf zelfs Duitse soldaten ingekwartierd.
Jacob Oost was ook telegrafist en in die functie had hij contact met Engeland. De oudste zoon moest uitvogelen waar interessante militaire posities waren, die gaf zijn vader dan door aan Engeland en even later werden die posities dan gebombardeerd.
Dat alles was in het kleine dorp dat Markelo was natuurlijk niet onbekend gebleven. Duitsers en Duitsgezinden hadden Jacob Oost al langer op de korrel. Er was eigenlijk alleen nog een aanleiding nodig om hem te arresteren. Die aanleiding kwam op 17 september 1944. Op die dag ging een groot deel van het NS-personeel na een oproep via Radio Oranje in staking. Meedoen daaraan werd zwaar aangerekend en Jacob had in Duitse ogen al een keer of wat de doodstraf verdiend. Jacob herkende de tekenen van de tijd en dook onder bij zijn zus in Wilhelminaoord in Drenthe. Hij was weer in de streek waar hij was opgegroeid en al snel zat hij ook hier in het verzet. Door verraad werd op 29 december een groep mensen opgepakt en op 3 januari 1945 werden er nog meer opgepakt. Jacob zat daar bij. Hij kwam terecht in Crackstate, een monumentaal pand in Heerenveen, waar de Nazi’s mensen gevangen hielden en zwaar martelden. Op 23 februari 1945 is de hele groep gevangenen afgevoerd naar Kamp Amersfoort en op 15 maart 1945 behoorde Jacob Oost tot de laatsten, die vanuit Kamp Amersfoort naar een Duits concentratiekamp werden gebracht. Het werd Neuengamme, een kamp in Noord-Duitsland dat slecht stond aangeschreven. Het transport bestond uit 380 gevangenen, wat blijkt uit hun kampnummers, 77100 tot en met 77480.
Voorjaar 1945 liep de oorlog op zijn eind. Elk weldenkend mens wist, dat Duitsland de oorlog nooit meer zou kunnen winnen, alle gebral van Adolf Hitler ten spijt. Maar aan moorddadigheid boette het regime nooit in. Het kwam kennelijk bij niemand op om mensen in concentratiekampen los te laten en te kijken hoe zij zichzelf zouden kunnen redden. De kampcommandant van Neuengamme had een veel sinisterder plan. Hij zette een grote groep van 2000 gevangenen (waaronder naast Jacob Oost ook de Surinaamse verzetsheld Anton de Kom) op 8 april 1945 op de trein naar Bergen-Belsen. Daar wisten ze er wel raad mee en als dat niet zo was, dan was zijn bordje in elk geval schoon.
Wat volgde was een helletocht. Bergen Belsen was al bevrijd en vervolgens lieten de Duitsers de trein met gevangenen doelloos rondrijden, 800 kilometer ver. Af en toe werd er gestopt om de overledenen uit de trein te gooien. Circa 500 gevangen hebben de tocht niet overleefd. De laatste stop was op 18 april 1945 in Brillit bij Sandbostel, een krijgsgevangenkamp, niet meer dan tachtig kilometer van Neuengamme. Daar is Jacob Oost uiteindelijk overleden. Van uitputting, als gevolg van mishandelingen, van uithongering, het zal wel van alles wat zijn geweest. Maar vast staat dat de Nazi’s Jacob Oost botweg hebben vermoord.
Van de laatste dagen van Jacob Oost is weinig bekend en de getuigenissen zijn niet allemaal eensluidend. Wel zijn er getuigenissen dat hij een opgewekt mens was die in alle ellende de stemming er in wist te houden. Een van zijn kampvrienden was de Opperwachtmeester van de Staatspolitie Theo Carper, die op 18 april 1945 overleed. Van Jacob wordt beweerd dat hij pas op 2 juni 1945 is overleden. Maar zijn kleinzoon (ook Jacob Oost geheten) stelt op basis van eigen onderzoek dat die datum niet kan kloppen. Een getuige, A.C. Kok, vertelde ook in 1946 dat Jacob op 18 april volledig uitgeput in Sandbostel was aangekomen en dat hij enkele dagen later is overleden. Mede op grond van die getuigenis stelt Jacob Oost junior dat zijn grootvader eerder moet zijn overleden, mogelijk tussen 20 en 25 april.
“Ik ben naar mijn grootvader vernoemd”, vertelt de in 1948 geboren Jacob Oost junior. “Mijn vader had in de oorlog aan opa beloofd voor zijn moeder te zullen zorgen en is die belofte nagekomen: Mijn oma werd opgenomen in ons gezin. Zo was ik altijd een levende herinnering aan de oorlog en werden mijn zussen en ik daar altijd bij bepaald. Mijn oma reageerde nooit zo op mijn naam. Maar als ik zussen van mijn opa ontmoette, dan was ik altijd Jacob van Jacob. In Markelo is een straat naar hem vernoemd en de oorspronkelijk in 1946 in station Markelo aangebrachte herdenkingsplaat is nu geplaatst in hal van station Hengelo. Daar wordt elk jaar op 4 mei door de NS een herdenkingsbijeenkomst. Zijn naam staat ook vermeld op het Overijsels oorlogsmonument boven op de Markelose berg.
Mijn opa is jaren na de oorlog, in 1966 teruggevonden. Nu ligt hij begraven op Ereveld Loenen. Ik ben later, op doorreis naar Denemarken, nog in Sandbostel geweest en heb zijn dossier ingezien. Mede naar aanleiding daarvan heb ik me de laatste jaren veelvuldig in hem verdiept. Ik gedenk hem met ere. Voor de gegevens over de transporten uit Amersfoort naar Neuegamme en van Neuegamme naar Sandbostel ben ik dank verschuldigd aan de heer Piet Dam.”
Jacob Oost koos er nadrukkelijk voor om zich teweer te stellen tegen de onmenselijkheid van het Naziregime. Hij betaalde er de hoogste prijs voor. Hij verdient het om ook door latere generaties met respect te worden herdacht.
Geplaatst door Coördinator Archief Oorlogsgravenstichting op 22 november 2023
Verhaal door Rimke Lanjouw
Eigenlijk weet ik erg weinig van mijn oudoom. Alleen de dingen die mijn moeder mij vertelde over haar Ome Jaap. Dat het een hele aardige oom was die van grapjes hield. Als zijn zoons geintjes uithaalden, en dat gebeurde nogal eens, dan werd hun moeder en anderen boos maar ome Jaap moest er inwendig om lachen. Als ze bij mijn oma waren te logeren dan wist het hele Heidenschap in no time dat de twee van Jaap en Sjouk er weer waren want dan gebeurde er weer van alles. Ik was heel jong toen ik hoorde dat ome Jaap in de oorlog was opgepakt en nooit meer terug was gekomen. Als kind voel je dat het een beladen onderwerp was en ik vroeg ook niet verder. Het is mij wel altijd bijgebleven. Wat jaren later volgens mij moet het in de jaren 60 zijn geweest zei mijn moeder zo uit het niets dat ze ome Jaap hadden gevonden en dat zijn vrouw Sjouk naar de herbegrafenis ging. Zelf dacht ik al die jaren dat dat in Amsterdam was. Maar sinds ik de stamboom van mijn ome Jetse (zoon van Jacob) aan het uitzoeken ben kom ik er dus achter dat hij op de erebegraafplaats bij Apeldoorn is begraven . Via jullie site weet ik nu ook hoe het is gegaan nadat hij is opgepakt en waar hij is opgepakt. Dat hij in Wilhelminaoord is gepakt verwonderd mij eigenlijk niet. De hele familie heeft daar jaren gewoond. Samen met mijn ome Jetse en mijn zus zijn wij jaren terug nog naar het gedenkteken op Markelooseberg geweest daar staat ome Jaap ook op vermeld. Nu denk ik weleens had ik toch maar gevraagd. Elk jaar met de dodenherdenking denk ik er wel altijd aan en naarmate ik ouder word lijkt het ook wel belangrijker te worden. Vriendelijke groeten van Rimke Lanjouw
SluitenGeplaatst door Digitaal Monument Neuengamme op 27 maart 2018