Izaak Beijk ,op 30 oktober 1922 geboren als zoon van Marinus Beijk, en Antoinetta Johanna Klaver. Izaak is de tweede zoon die in het gezin geboren wordt. Na hem volgen nog 4 meisjes. Het gezin is in 1925 vanuit Goirle in Tilburg komen wonen.

Werken in Duitsland

Omdat Izaak niet voor de arbeidsdienst wilde werken duikt hij onder bij familie in Leiden. Op 31 mei wordt Izaak bij een razzia door de Landwacht in Leiden opgepakt en op 1 juni 1944 binnengebracht bij kamp Amersfoort. Op 8 september 1944 wordt hij op transport gesteld naar concentratiekamp Neuengamme en komt terecht in het buitenkamp Husum-Schwesing.

Dit kamp heeft slechts drie maanden bestaan. Gedurende de herfst van 1944 hebben er in totaal 2500 mensen uit 13 landen gevangen gezeten, Een grote groep gevangenen waren 588 mannen uit het dorp Putten die opgepakt waren als onderdeel van een vergeldingsactie. De gevangenen moesten in het moerassige gebied allerlei werkzaamheden ten behoeve van het Duitse leger verrichten, zoals het graven van tankgrachten Ze stonden daarbij de hele dag in het koude water. In de korte tijd overleden er tussen de 300 en 500 gevangen aan ondervoeding, mishandeling, infecties en uitputting.

Ook voor Izaak was het verblijf in Husum fataal. Hij werd begraven in Husum en later herbegraven op het Nationaal Ereveld Loenen.