Jacobus Gerardus Poels
1885-1944
Bijdragen
De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:
Opa en oma hadden met veel inspanningen en financiële offers hun boerderij (de Antoniushoeve) voor de Eerste Wereldoorlog opgebouwd. Hun zeven kinderen groeiden tussen de Eerste en Tweede Wereldoorlog op in vrede en hard meewerkend. Toen de oorlog uitbrak waren de kinderen tussen de 13 en 24 jaar oud. De boerderij lag voor de Duitsers erg afgelegen, dus veilig midden in de Peel en de nabuurschap was groot en betrouwbaar.
De eerste onderduikers kwamen via de pastoor in 1941: joden uit het westen van het land. Oma was erg bezorgd en zei tegen opa dat hij zich hiermee niet bezig moest houden. Het was veel te gevaarlijk voor een gezin met zoveel jonge kinderen. 'Wie moet het anders doen, je kunt ze toch niet wegsturen,' zei opa Poels. En zo raakte de een na de ander op de boerderij ondergedoken, in totaal meer dan 300 personen. Allemaal moesten ze eten en kleren hebben en alles was op de bon. Daar zorgde dus oma Poels voor. Zij werd uiteindelijk de grote stille kracht op de Zwarte Plak. Later kwamen er Franse krijgsgevangenen die verder geholpen moesten worden, en begin 1943 arriveerden de eerste geallieerde piloten, die zich met de parachute uit hun aangeschoten vliegtuig hadden gered. Deze militairen moesten via geheime routes naar neutraal gebied worden gebracht. Er kwamen ook steeds meer jeugdige Nederlandse onderduikers. Om dit hele illegale 'bedrijf' in stand te houden werd de verzetsgroep de 'Zwarte Plak' gevormd, die voor een deel bestond uit de onderduikers zelf. Van deze vaste groep van veertien man zijn er twaalf omgekomen.
Op 9 april 1944 arriveerden op één dag 18 geallieerde vliegers op de Antoniushoeve. Dat vond zelfs boer Poels te gortig. Vanaf dat moment ging er meer mis. Was er sprake van verraad? Op 29 juni 1944 vond een overval plaats: de Duitsers zochten één van de zoons. Hij ontsnapte, maar twee broers en een onderduiker werden opgepakt. Op 4 augustus kwam een waarschuwing voor een nieuwe overval. Iedereen zocht een schuilplaats en boer Poels vluchtte het korenveld in. Toen de kust veilig was, keerden allen naar de boerderij terug, behalve Jacob Poels. Zijn huisgenoten vonden hem dood in het korenveld, gestorven aan een hartinfarct. Beide zoons werden vrijgelaten uit Vught, omdat ze nodig waren op het bedrijf.
Een paar weken later lag de Peel in het opmarsgebied van de geallieerden en eind november was de Zwarte Plak bevrijd. De boerderij bleek zwaar beschadigd en oma Poels was gebroken; zij overleed in 1948.
Kleinzoon Jack eindigde zijn toespraak met de woorden: Het kwaad overwint als goede mensen niets doen.
SluitenGeplaatst door Coördinator Archief Oorlogsgravenstichting op 19 juli 2014
Songtekst De Zwarte Plak - Rowwen Hèze
Geplaatst door M. Rodenburg op 04 maart 2019
Verhaal Jacob Poels in programma rond dodenherdenking
Geplaatst door M. Rodenburg op 04 maart 2019
Jacobus Gerardus Poels staat ook op monument te:
- Valkenburg, 'Provinciaal Verzetsmonument'
- Horst, oorlogsmonument
- America, verzetsmonument
- Loenen, Ereveld Loenen