Jan Postma

1921-1943

1361523342.JPG

Oorlogsslachtoffer

Is 22 jaar geworden

Geboren op 03-03-1921 in Sneek 

Overleden op 27-08-1943 in Leusden, kamp Amersfoort 


Beroep

Bijdragen

De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:

De dood van Jan Postma in kamp Amersfoort

Toen in 1940 de Tweede Wereldoorlog uitbrak woonde Jan Postma (19) bij zijn ouders in de Jan van Nassaustraat 24 te Sneek en werkte hij bij drukkerij Jack de Vries in die stad. Hij was het derde kind uit het gezin van tien. De ouders hadden een... Lees meer

Toen in 1940 de Tweede Wereldoorlog uitbrak woonde Jan Postma (19) bij zijn ouders in de Jan van Nassaustraat 24 te Sneek en werkte hij bij drukkerij Jack de Vries in die stad. Hij was het derde kind uit het gezin van tien. De ouders hadden een druk bestaan met een wasserijagentschap.

Jan was een opgewekte vrolijke vrijgezel die tijdens zijn schooljaren nogal eens spijbelde. Volgens Frans ging hij dan op avontuur naar de gemeentelijke afvalstort waar hij interessante spulletjes vond, zoals een goed werkende speelgoed stoommachine. In oktober 1939 had hij een vriendin in Lemmer die soms met de tram naar Sneek kwam om boodschappen te doen. In een brief maakte zij melding dat Jan een kaart uit Aalsmeer aan haar had gestuurd en dat hij was afgekeurd voor dienst in ‘den vreemde´.

De Duitsers eisten dat Nederlandse mannen in de oorlogsindustrie moesten gaan werken (Arbeidseinsatz), meestal in Duitsland. Bedrijven werden verplicht de namen van hun werknemers op te geven. Zo werden Jan en zijn oudere broer Sikke in de periode 1942 - 1943 opgeroepen. Ze werden ‘dwangarbeiders’ genoemd. Sikke vertrok naar Duitsland en Polen. Hij moest zwaar werk verrichten in de transportsector. Het was hongerlijden. Eens pikte hij een brood uit de lading dat hij achter de gasgenerator opschrokte, weet Gretha zich te herinneren. Na de bevrijding in 1945 kwam hij veilig thuis met een Poolse vrouw. Later emigreerde hij naar Australië.

Voor Jan liep het triest af. Eerst werd hij geplaatst in Westfalen. Daarna moest hij helpen de Duitse bunkers in Frankrijk te bouwen voor de Organisation Todt aan de Atlantikwall (5000 km lange Duitse verdedigingslinie). Hij werd tewerkgesteld in de havenplaats Loriënt. De geallieerden bombardeerden die bouwwerken voortdurend waarbij ook een vriend van Jan omkwam. Bang dat ook hij zou worden getroffen, probeerde hij als verstekeling aan boord van een schip naar Engeland te vluchten, zegt broer Frans. Zware Duitse bewaking belette dat. Toen hij met kort verlof naar huis mocht reisde hij per trein. Gretha weet nog dat hij thuiskwam met heerlijk rookspek, een traktatie. Frans vertelt ook dat Jan een stokbrood meenam, maar wel uitgehold en gevuld met… tabak! Na het verlof keerde Jan uit angst voor de zware bombardementen niet terug en dook hij thuis in de Jan van Nassaustraat in Sneek onder.

Naar Duits inzicht was Jan nu ‘saboteur’ en met de doodstraf bedreigd. Hij trof een NSB’er in Sneek die hem herkende. Koelbloedig zou hij hem hebben toegesnauwd: ‘Als je mij verraadt maak ik je kapot!’ Dat gebeurde niet, meldt Frans. Ondanks zijn kwetsbare situatie ging hij toch per trein naar een dansavond in Leeuwarden waar hij een meisje ontmoette. Tijdens terugkeer naar Sneek vond in de trein een Duitse razzia plaats. Jan zag kans om door een raam te ontsnappen en sprong van de trein waarbij hij zijn voet bezeerde. (Gretha)

De wens om het meisje opnieuw te ontmoeten was sterker dan zijn gevoel tot voorzichtigheid en de waarschuwingen van thuis. Opnieuw ging hij naar de dansavond in Leeuwarden. Bij terugkeer vond er weer een razzia plaats waarbij hij werd gearresteerd en overgebracht naar het Huis van Bewaring, de Blokhuispoort in die plaats. Daar verbleef hij ongeveer zes weken. In die tijd bezocht moeder hem en bracht hem koekjes en pudding. De Duitsers roerden door de pudding op zoek naar wapens of uitbraak gereedschap.

Onder nummer 774 werd hij vervolgens opgesloten in Kamp Amersfoort. Het was daar hongerlijden en er waren geen medicijnen. Dat kwamen we later te weten, zo vertelt Gretha, van de Sneker KNO-arts Van der Meulen die daar ook geïnterneerd was en die Jan bouillon bracht.

Na enige tijd ontvingen zijn ouders bericht via de R.K. Parochie dat Jan aan een besmettelijke ziekte zou zijn overleden. Toen vader Postma dit hoorde sloeg hij uit verdriet en onmacht, hard met zijn vuist op een kast, herinnert Truus zich. Deken Van Galkom en kapelaan Jansen bemiddelden dat hij in Sneek kon worden begraven. De kist met het stoffelijk overschot werd bij zijn ouderlijk huis afgeleverd. Daarop stond vermeld de kist niet te openen in verband met besmettelijke ziekte. De ouders openden de kist toch, onderzochten Jan onder zijn kleding en zagen dat zijn lichaam vele tekenen vertoonde van ernstige verwondingen/mishandeling.

Zijn gezicht en handen waren ongeschonden. Aangezien de bevindingen van de ouders door twee afzonderlijke bronnen achteraf werden bevestigd, is aannemelijk dat Jan Postma direct of door toedoen van de Duitse bezetters is omgekomen. (Ton is geïnformeerd door zijn schoonmoeder en Hermina door haar moeder Baukje.) Er volgde in Sneek een kerkelijke begrafenis waarbij veel tranen vloeiden. Toen zijn graf de volgende eeuw zou worden geruimd.

Bronnen en relatie tot het slachtoffer: moeder M. Postma-Kleinhout uit Sneek, zus Gretha Melchers-Postma uit Balk, broer Frans Postma uit Australië, zus Truus van den Berg-Postma en zwager Ton van den Berg uit Sneek, nicht Hermina Hofmeester-Homma uit IJlst.

Sluiten
Bron: Zwager Ton van den Berg

Geplaatst door Coördinator Archief Oorlogsgravenstichting op 29 december 2016

Jan Postma is geboren in Sneek op 3 maart 1921. Hij is de zoon van Jan Postma en Margaretha Christina Kleinhout. Hij woonde met zijn ouders, broers en zusters aan de Jan van Nassaustraat in Sneek. Jan werkte als drukker in Sneek en werd begin 1943... Lees meer
Jan Postma is geboren in Sneek op 3 maart 1921. Hij is de zoon van Jan Postma en Margaretha Christina Kleinhout. Hij woonde met zijn ouders, broers en zusters aan de Jan van Nassaustraat in Sneek.

Jan werkte als drukker in Sneek en werd begin 1943 in het kader van de Arbeitseinsatz opgeroepen om te gaan werken in Duitsland. Jan gaf gehoor aan de oproep en werd tewerkgesteld in Westfalen (D). Daar verbleef hij enige maanden. Vervolgens werd hij geplaatst in de Franse havenplaats Loriënt en betrokken bij de bouw van bunkers voor de Atlantikwal. Tijdens een verlof naar Sneek liet hij weten dat die havenplaats steeds heftig werd gebombardeerd door geallieerde luchtvloten. Daarbij kwam een van zijn vrienden om het leven. Hij was bang om terug te gaan en besloot in Sneek bij zijn ouders onder te duiken. Hij kreeg kennis aan een vriendin in Leeuwarden die hij daar bezocht.

Terug met de trein naar Sneek volgde een razzia waarbij hij werd opgepakt en via het Huis van Bewaring aldaar naar Kamp Amersfoort werd afgevoerd. In het kamp kreeg hij het nummer 774. Omdat Jan Postma volhardde in zijn weigering om voor de Duitsers te gaan werken, bleef hij gevangene in het kamp waar hij door ontberingen overleed op 27 augustus 1943.

Zijn stoffelijk overschot werd overgedragen aan de familie die ervoor zorgde dat hij werd begraven in Sneek. Toen zijn graf daar in aanmerking kwam voor ruiming, heeft de Oorlogsgravenstichting aangeboden zijn stoffelijke resten over te brengen naar het ereveld Loenen op de Veluwe. De familie stemde daarmee in en sinds 24 oktober 2012 rust Jan Postma daar in vak A grafnummer 1158.

Sluiten

Geplaatst door Coördinator Archief Oorlogsgravenstichting op 22 januari 2015

Voeg zelf een monument toe

Log in om een monument toe te voegen

Voeg zelf een bijdrage toe

Log in om een bijdrage toe te voegen

Nationaal Ereveld Loenen


Vak/rij/nummer A1158
Project paden Koers KKS wk 47 2012 017.jpg

Monument

Naam:
Loenen, Ereveld Loenen

Plaats:
Apeldoorn

Loenen, Ereveld Loenen

Leg bloemen op dit graf

Wilt u graag bloemen laten leggen op dit graf, dan verzorgen wij dit graag voor u.
Bestel bloemen
Bloemen en kransen

Nationaal archief

Bekijk
Menu