Augustus 1940, Pembroke Dock, Wales, Groot-Brittannië.

Commandant Van Olm geeft aanwijzingen bij een Fokker T.VIIIw omtrent de uit te voeren konvooi beschermingsvlucht boven de Ierse Zee.V.l.n.r. OVL 2 E. Bakker, OVL 3 H.C. Prager, LTZ 1 J.M. van Olm, KPLTEL J.G. Uljee, SGTVLGTMKR J.E. Hermes en KWTM Ch.L. Kost. Normaal had de Fokker T.VIIIw een vierkoppige bemanning.

Op 30 augustus 1941 vertrokken vier Lockheed Hudson bommenwerpers van het RAF 320 Squadron van hun basis in Leuchars (Engeland). Het waren de toestellen “Asahan”, “Moesi”, “Waalhaven” en “Isla Wreker”.

Het beoogde doel was een konvooi dat zich ter hoogte van de Noorse zuidkust zou ophouden. Het tot zinken brengen van de vijandelijke schepen had een cadeautje moeten vormen voor Koningin Wilhelmina, die de dag daarop, op 31 augustus, jarig was.

Het konvooi werd niet aangetroffen. Wel werd een enkele dagen eerder bij de ondiepte “Færøyflua” aan de grond gelopen en reeds verlaten vrachtschip gevonden, de 2288 bruto register ton metende s.s. Troyburg. Dit schip werd gebombardeerd, waarbij slechts één van de twaalf afgeworpen bommen op het doel detoneerde.

De vier toestellen waren echter al op weg naar hun doel getraceerd door het Duitse luchtafweer, die direct de jachtvliegers op het nabijgelegen vliegveld alarmeerde.

Na het bombardement keerden drie van de vier toestellen direct om, ten einde via de kortste route weer naar Leuchars terug te vliegen. Het vierde toestel de “Asahan” vloog op korte afstand binnen de kust naar het oosten door en maakte een grote bocht naar het zuiden alvorens eveneens terug te keren.

De drie toestellen die direct terugkeerden werden kort na het bombardement onderschept door de gealarmeerde Duitse Messerschmitt Bf-109 jagers van vliegveld Lister.

Deze jagers werden met hulp van richtingsschoten van de Flak bij Vestbygd verder naar hun doel geloods, dat ze dan ook binnen enkele minuten vonden. De Moesi en de Waalhaven werden beschoten en deze toestellen stortten in zee. De complete bemanningen kwamen daarbij om het leven. De Isla Wreker maakte een noodlanding op het water, waarna twee van de bemanningsleden uiteindelijk gered zouden worden. De overige bemanningsleden van de Isla Wreker kwamen om het leven.

De volgende 12 Nederlanders hebben deze missie niet overleefd:

Toestel Moesi (I) V9065 NO-R, Lockheed Hudson Mk 3, in dienst vanaf 18-7-1941

Linden van der, Paulus Jacobus Christiaan, geboren 21-2-1921 te Leiden, Telegrafistmaat

Os van, Krijn, geboren 23-6-1913 te Waddinxveen, Matroos vliegtuigmonteur III

Prager, Henri Carlo, geboren 22-8-1916 te Tangunan, Off. Vlieger II

Weber, Jacobus, geboren 29-7-1917 te Rotterdam, Off. Vlieger III

Toestel Isla Wreker V9063 NO-M, Lockheed Hudson Mk 3, in dienst vanaf 3-7-1941

Chateau, Eddy Herman, geboren 11-7-1915 te Paramaribo, Seinersmaat

Deen, Klaas, geboren 21-7-1916 te Groningen, Ltz II

Heeren, Hubertus Johannes, geboren 14-8-1916 te Amsterdam, Marinier I

Toestel Waalhaven T9380 NO-H, Lockheed Hudson Mk 2, in dienst vanaf 22-2-1941

Bielfeldt, Johan Pieter Jurgen, geboren 23-11-1910 te Rotterdam, sergeant vlieger

Hendriks-Jansen, Stephan, geboren 23-11-1906 te Velp, Ltz II

Moll, Hendrikus Johannes, geboren 04-5-1917 te Ede, korporaal vlieger

Recourt, Ary Antoon, geboren 18-4-1914 te Den Helder, Matroos I

Smidt, Romke, geboren 04-6-1920 te Rinsumageest, Matroos III

De plek waar de toestellen neerkwamen is globaal weergegeven op de hierna volgende afbeelding.

Bron E. van der Most “Het Debacle van 320 Squadron op 30 augustus 1941”, uitgave in eigen beheer, Gouda 30 augustus 2021