Derk Jan te Rietstap

1913-1945

0

Oorlogsslachtoffer

Is 31 jaar geworden

Geboren op 07-04-1913 in Halle, Gld. 

Overleden op 02-03-1945 in Varsseveld 



Bijdragen

De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:

Derk te Rietstap

Bron: Collectie Nationaal Onderduikmuseum

Geplaatst door Ina Brethouwer op 14 september 2021

Derk te Rietstap

Derk Jan te Rietstap wordt op 7 april 1913 in Halle (gemeente Zelhem) geboren als oudste zoon van Gerrit Jan te Rietstap (Wisch 1882) en Bertha Colenbrander (Heelweg 1890). Net als een aantal andere boeren uit de Achterhoek vestigt Derk te... Lees meer

Derk Jan te Rietstap wordt op 7 april 1913 in Halle (gemeente Zelhem) geboren als oudste zoon van Gerrit Jan te Rietstap (Wisch 1882) en Bertha Colenbrander (Heelweg 1890). Net als een aantal andere boeren uit de Achterhoek vestigt Derk te Rietstap zich in de jaren dertig in de veenkoloniën in Noord-Overijssel, wat voor de achtergebleven familie voelt als emigreren. Aanvankelijk werkt Derk op de boerderij van de familie Van der Vinne op de Krim bij Gramsbergen. Daar leert hij zijn toekomstige vrouw Pietertje van der Vinne (Gramsbergen 1914) kennen. Ze trouwen in oktober 1938 en gaan wonen op een boerderij aan de Van Roijenswijk tussen Bergentheim en Kloosterhaar. Het huis ligt afgelegen, langs een slecht begaanbare zandweg aan een kanaal. Het echtpaar krijgt drie kinderen: Gerrit Jan (1940), Aaltje (1943) en Derk Jan, geboren na de dood van zijn vader in juli 1945. Gerrit en Liny Ormel-van der Vinne (Pietertjes zus) zijn de buren van het gezin.

Vanuit zijn geloof (gereformeerd) beschouwt Te Rietstap het als zijn plicht zijn medemens te helpen en te strijden voor vrijheid. In de oorlog is zijn boerderij een centrum van verzet voor de omgeving van Bergentheim. De gezinnen Te Rietstap en Ormel werken nauw samen en verbergen onderduikers: verzetslieden, Joden en mensen die aan de Arbeitseinsatz willen ontsnappen. Ook voor evacuése is er een slaapplek en eten. Derks vrouw Pietertje zal later aan haar kinderen schrijven: “Wij waren al die jaren, vader en ik, gewend ons huis open te stellen en te herbergen, te verzorgen, wat ons tegenkwam zonder dat afgesproken te hebben.” Derk helpt onderduikers aan andere onderduikplekken en regelt bonkaarten. Geert Salomons en Geert Theissens werken veel met Ormel en Te Rietstap samen. Vanaf begin 1943 wordt het illegale blad Trouw bij hen door koeriersters uit Groningen gebracht en verspreid vanuit Te Rietstaps boerderij. Het verzet overlegt daar vaak en er is samenwerking met de Knokploeg, hoewel Derk zelf niet veel op heeft met gewapend verzet. Zo worden er sabotageacties gepland en zijn zwager Gerrit Ormel met Salomons op 20 juni 1944 betrokken bij de overval op een distributiekantoor in Coevorden, waarna de groep zich schuilhoudt in de schuur van Salomons.

Dan gaat het mis. Op 12 januari 1945 rond het middaguur komen vier mannen uit Kamp Erika (Ommen) om Te Rietstap te arresteren. Verzetskameraden Albert Bols en Mans Schuurman zijn de avond ervoor opgepakt en bij hun verhoor doorgeslagen. Te Rietstap vraagt of hij eerst nog mag danken voor de maaltijd met zijn gezin, wat hij vervolgens doet. Ook Gerrit Ormel, Salomons en andere verzetslieden uit de omgeving worden die dag gearresteerd. Ze belanden in Kamp Erika, waar Te Rietstap samen met Ormel een week lang zwaar wordt mishandeld in de beruchte bunker. Zijn voeten bevriezen er van de kou. Rond 20 januari volgt het Huis van Bewaring in Almelo, waar Te Rietstap, geïnspireerd door zijn geloof, gedichten voor zijn vrouw maakt. Op 6 februari schrijft hij: “Door de kieren van de ramen kon ik vanmorgen zien, hoe weer honderden bommenwerpers naar Duitsland vliên, om daar weer dood en verderf te zaaien…Wat heeft de mensheid toch zover gebracht.” Op 21 februari vertrekt Derk te Rietstap naar gevangenis de Kruisberg in Doetinchem.

Gezin Te Rietstap na de oorlog, zonder vader. De boerderij van Derk en Pietertje te Rietstap.

Op 2 maart 1945 wordt Derk te Rietstap met zijn zwager Gerrit Ormel en 44 andere (verzets)mannen uit heel Nederland gefusilleerd aan het Rademakersbroek bij Varsseveld in de Achterhoek. Hun dood is een represaille voor het ombrengen van vier Duitse militairen door verzetsgroep De Bark, die in de laatste oorlogswinter z'n hoofdkwartier heeft in een boerderij in buurtschap De Heurne vlakbij Dinxperlo.

Pietertje te Rietstap komt met de fiets – ze is vijf maanden zwanger – dezelfde dag op 2 maart om half 11 ‘s ochtends tevergeefs met schone kleren voor Derk bij gevangenis de Kruisberg in Doetinchem aan. Op dat moment wordt haar mans levenloze lichaam op een boerenkar van de akker bij het Rademakersbroek naar een massagraf op de begraafplaats van Varsseveld gereden. In totaal zijn twaalf mannen uit de omgeving van Hardenberg bij het Rademakersbroek gefusilleerd, waaronder ook Gerrit Ormel en Geert Salomons. Op 27 april worden alle twaalf herbegraven in Bergentheim. Hun graven vormen samen een monument.

In juli 1945 wordt Derk te Rietstap junior geboren. Pietertje laat haar echtgenoots bruine wollen sjaal met twee kogelgaten inlijsten, maakt een boekje van zijn gedichten en schrijft haar eigen herinneringen aan de oorlog op voor de kinderen. In 1993 wordt het echtpaar Te Rietstap onderscheiden door Yad Vashem. Pietertje overlijdt in 2003.

Meer lezen? https://de46vanhetrademakersbroek.nl/

Op 3 maart 2020 citeert dagblad de Gelderlander Derks zoon Derk te Rietstap die zegt dat hij de dag ervoor opstond in de wetenschap dat het de dag was waarop zijn vader 75 jaar geleden werd gedood. Zijn moeder praatte nooit over het gebeurde. Zelf vertelde hij zijn verhaal vijf jaar eerder voor het eerst aan de krant. Voordien duwde hij het weg.

Sluiten
Bron: Nationaal Onderduikmuseum in Aalten in samenwerking met de Oorlogsgravenstichting

Geplaatst door Ina Brethouwer op 14 september 2021

Voeg zelf een monument toe

Log in om een monument toe te voegen

Voeg zelf een verhaal of document toe

Log in om een bijdrage toe te voegen
Menu