Willem van Rink woonde in de Diephuisstraat 11b te Groningen. Hij was werkzaam als ambtenaar bij het bevolkingsregister in zijn woonplaats. Hij hield van zijn vaderland en was koningsgezind. Dat stak hij niet onder stoelen of banken. Wegens het tonen van beeldmateriaal van de Koninklijke familie en zijn vijandige instelling tegenover de Nationaal Socialistische Beweging van Anton Mussert (NSB) werd hij verraden door zijn NSB-collega L.J. Zandt. Hij werd twee keer gearresteerd voor verzet, de tweede keer op 22 oktober 1941. Hij saboteerde op zijn werk de voorschriften betreffende de bevolkingsregisterkaarten. Hij werd verhoord in het beruchte Scholtenhuis in Groningen en opgesloten in het Huis van Bewaring.Op 23 januari 1942 ging hij op transport naar het concentratiekamp Buchenwald, post Weimar. Vanaf dat moment is hij een nummer met vele andere nummers in het kamp, Willem krijgt het kampnummer 6343. Om onbekende redenen werd hij op het eind van de maand geplaatst in de strafcompagnie van het kamp. Ruim een maand later op 13 maart 1942 gaat hij al weer op transport naar het concentratiekamp Ravensbrück ten noorden van Berlijn. Een nieuw kamp betekent ook een nieuw kampnummer. In Ravensbrück is dit het nummer 1631. Vermoedelijk kan hij zich niet aanpassen aan het kampleven en sterft aan het eind van het jaar1942. Sluiten