Werner Röttgen werd door zijn ouders - Ernst Röttgen en Rosa Röttgen-Rosemund - eind december 1938 op de trein naar Nederland gezet. Twee weken later reisden ze hun zoon achterna. Het Duits-Joodse gezin streek neer in Zwolle, aan de Azaleastraat 62. Het echtpaar Röttgen had het plan om via Nederland naar de Verenigde Staten te reizen. Er waren al tickets gekocht voor plaatsen op het schip "Veendam", dat op 12 mei 1940 zou vertrekken naar Amerika. Twee dagen daarvoor echter viel Duitsland Nederland binnen, waardoor de reis niet doorging. Werner werd op 22 maart 1943 opgepakt, op bevel van de Zwolse commissaris van politie, en twee dagen later op transport gesteld naar Westerbork. Werner werd op 4 of 6 september 1944 naar concentratiekamp Theresienstadt gedeporteerd en later die maand naar Auschwitz. Zijn vader Ernst kwam later die maand in Auschwitz aan, samen met moeder Rosa. Enkel Rosa Röttgen overleefde de holocaust. Sluiten