Gerrit Johan (roepnaam Joop) Sellink wordt 14 maart 1901 geboren als oudste zoon op boerderij “Draaijer” in Lintelo nr. 152, Aalten. Het huidig adres is Varsseveldsestraatweg 105. De ouders zijn Arent Jan en Dela Berendina Sellink-Stronks. Na hem komen een zuster en twee broers; zijn vader heeft uit zijn eerste huwelijk al acht kinderen. Sellinks beroep is tuinman. Op 4 februari 1926 trouwt hij in Wisch met Hendrika Wilhelmina Blits en ze krijgen drie kinderen.Dochter Wilhelmien (1926) wordt in Wisch geboren, zoons Johan en Aart (1927, 1942) in Epe. Eind jaren twintig wonen de Sellinks op het adres Oenerweg C381 in Epe. Joop is tuinman bij villa Woldyne in Epe.

Huis van Sellink

Op het terrein bevinden zich een groentetuin, een aantal kassen, een gereedschapsschuur, kippenhok, een stal in combinatie met een garage maar ook het huis van de Sellinks. Dit alles omsloten dooreen hoog hek. Eigenaar van de villa de heer Weijerman staat oogluikend toe dat Sellink in de oorlog de orders van de Duitsers saboteert en hen benadeelt waar dat mogelijk is. Op 21.8.1942 neemt Joop Sellink de joodse familie Max Gosschalk met ouders in huis. Enkele weken later zitten zij ondergedoken in de garage achter de villa. Ze worden verzorgd door de Sellinks en een niet-joods familielid van Gosschalk. Voorts hebben de Sellinks een jongetje in huis en het achtjarige joodse meisje Ruth Salomons (“Elsje”). Zij gaat later naar Zuuk en overleeft de oorlog.

Joop Sellink en zijn verzetsvriend Gerrit Jan Prins worden slachtoffer van verraad. Sellink denkt nog even aan onderduiken als andere verzetskameraden worden opgepakt, maar hij kan het gezin Gosschalk niet achterlaten en ook de wapens niet die in tweede garage verstopt zijn. In de vroege ochtend van 21.12.1944 rijden auto’s van de Sicherheitsdienst het terrein op. Sellink wordt gearresteerd nadat de wapens gevonden zijn. De Gosschalk familie is intussen ontsnapt en bereikt een ander onderduikadres.

Joop Sellink wordt naar de Willem III kazerne in Apeldoorn gebracht. Op 4.1.1945 wordt hij samen met een aantal andere Eper verzetsmensen naar de gevangenis de Kruisberg in Doetinchem gebracht en opgesloten. Korte tijd later krijgt vrouw Sellink een brief van de NSDAP-groep Apeldoorn waarin staat dat het onroerend en roerend goed als Duits eigendom wordt beschouwd. Aan haar en de kinderen wordt bij wijze van uitzondering het bezit kosteloos tot herroeping te leen gegeven. Informatie over banksaldo van Joop en andere documenten moet zij hen leveren. Bezittingen van Joop moet zij ook inleveren: kleding, fietsen, horloges, beddengoed etc. Zoon Johan vertelt later dat het gezin in zeer beperkte mate hieraan gehoor heeft gegeven.

Een trein met zeventig mannen vertrekt op 1 februari 1945 vanuit Doetinchem naar Duitsland. Joop Sellink is een van de mannen die op transport gaat, samen met zes anderen uit Epe: Pannekoek, Kouw, de Vreede, Van der Ree senior en junior, Van Pelt. Ze komen vier dagen later in concentratiekamp Neuengamme aan. Joop Sellink komt op 12 februari 1945 in het speciale opvangkamp Reiherhorst terecht. Hij moet met het werkcommando in een moerasgebied dichtbij het grotere kamp Wöbbelin realiseren. Veel gevangenen komen hierbij om door ziekte, uitputting of mishandeling. Joop Sellink overlijdt – 44 jaar oud - op 15 maart 1945. De familie krijgt in juni 1945 via via bericht van zijn overlijden.Pas in 1952 ontvangen ze de officiële overlijdensrapporten. Echtgenote Sellink ontvangt een bronzen insigne en oorkonde (Ned. Binnenlandse Strijdkrachten) van Prins Bernhard. Januari 1947 ontvangt ze een brief van Koningin Wilhelmina.

Informatie van de heer Pieron die Neuengamme overleefde

Bron: https://www.ampt-epe.nl/Ampt_Epe_mededelingenblad/epe197.pdf