Titel: StilteLees eerst het gedicht ‘Vader’. Hiervan volgt eerst de laatste strofe:
……..
Gesproken is er nooit
over wat gebeurde
Ooit.Voor Rein was zijn vader een leven lang luider aanwezig dan hij ooit bij leven had kunnen zijn. Niet voor...
Lees meer
Titel: StilteLees eerst het gedicht ‘Vader’. Hiervan volgt eerst de laatste strofe:
……..
Gesproken is er nooit
over wat gebeurde
Ooit.Voor Rein was zijn vader een leven lang luider aanwezig dan hij ooit bij leven had kunnen zijn. Niet voor niets is het hoogtepunt van de jaarlijkse 4 mei herdenking ‘twee minuten stilte’. Koning Willem Alexander sprak onlangs terecht over een ‘oorverdovende stilte’.
Stilte heelt de wonde…, een beetje, een heel klein beetje. Voor Rein duurt de herdenking ieder jaar een jaar. De wonde blijft, zijn leven lang.
Ieder jaar weer, zat hij op 4 mei samen met zijn moeder stilzwijgend voor de televisie. Geen woorden nodig. Een stille traan toont de pijn van zijn moeder, telkens weer. ‘Hij is dood’. Deze drie verstilde woordjes die Rein kort na de oorlog hoorde spreken, hadden niet luider kunnen klinken. Nee, gesproken is er nooit over wat gebeurde, ooit.
Vele jaren later, doorbrak zijn moeder even haar stilzwijgen. Zij was toen al dementerend. Anders dan men wel eens zegt, was dit voor haar geen milde ziekte. Terwijl haar hoofd steeds leger werd, bleef zijzelf vol van pijn. Diepe pijn in alle vezels van haar lijf, in haar hart en in haar ziel. Tot aan haar laatste ademzucht. De bevrijding van de oorlog kwam voor haar bijna zestig jaar later.
Rein bezocht haar dagelijks in het verzorgingshuis. Hij las haar eens een zelf gemaakt gedicht over zijn vader voor. Hij zag een opleving in haar ogen. Het verhaal kwam haar bekend voor. Zoiets had ook zij meegemaakt…. Zij wilde iets vertellen.
Eens mocht zij haar man bezoeken in kamp Amersfoort, het voorportaal van Neuengamme. Alles stond kennelijk nog scherp op haar netvlies, de hoge muren, de koude appèlplaats, de dikke rollen prikkeldraad, de rozentuin en de brede rode streep bij de poort waarachter zij moest blijven staan. Dat was haar film, een doorlopende stomme film, die zij keer op keer zwijgend van binnen had gezien, met telkens weer hetzelfde tragische eind.
Zittend in haar rolstoel, wees zij de streep aan, als stond hij hier en nu, vlak voor haar voeten met dikke rode verf geschilderd. Een cordon soldaten met mitrailleurs stond dreigend dichtbij de streep. Hoe gevaarlijk kon zijn moeder zijn? In de verte moest hij ergens staan, haar man, zijn vader, te midden van een groep medeslachtoffers. Zij zagen er allemaal hetzelfde uit.
Zijn moeder keek Rein recht in zijn ogen aan, maar zag niet hem. Zij zag iets anders. ‘Ik zag hem staan’, fluisterde zij, ‘Je vader’…, en meer hoefde niet. Zij sloeg de handen voor haar ogen en maakte een machteloos gebaar. Het was genoeg zo. De beelden waren alweer weg.
Het meegenomen pakketje moest zij bij de poort afgeven. De gebreide wollen sokken zouden zijn koude voeten verwarmen, had zij destijds gezegd, en ‘als zijn voeten warm zijn, voelt hij zich een stuk beter’. Maar heeft zijn vader ooit nog warme voeten gehad?‘Hoe gaat het met je?’ vroeg zij. Zij bleef moeder tot aan het eind. Zij deed haar drie zonen ook nog voor hoe je rustig en vredig kunt sterven. Drie zonen om haar sterfbed, zwijgend. Haar adem ging moeizaam en onregelmatig, haar lippen waren droog. De kou van haar naderende dood trok vanaf haar voeten omhoog. Het kon niet lang meer duren. Rein depte haar lippen met wat vocht, streelde haar hoofd en kuste haar wang. Een zwakke reactie en toen, toch nog plotseling, slaakte zij een diepe zucht. De zucht die alles zei. Haar laatste zucht, een zucht van verlichting. Hij zag rust op haar gezicht komen, eindelijk. Haar zonen hadden er vrede mee. Haar leven was geleefd en hoe! Een vrouw die opkwam voor het recht van anderen, maar nooit klaagde over het onrecht dat haar werd aangedaan.
Rein dacht aan hun vroegere buurman die eens plechtig tot hem sprak: ‘Als God bestaat, komt zij rechts naast hem op zijn troon’.
Mensen kunnen echter meer bedenken, dan wat werkelijk bestaat. Zijn moeder had dat al lang begrepen, ‘as is verbrande turf’, placht zij als nuchtere Amsterdamse bij dit soort voorwaardelijke waarheden te zeggen.
Het is allemaal voorbij, voor zijn vader én voor zijn moeder. Niet voor hemzelf. Zijn film loopt nog door, met zijn moeder én vader in de hoofdrol. Een film met woorden. Wat ooit echt gebeurde, moet herinnerd blijven.Bron: Fragment uit een ongepubliceerde biografische oorlogsroman van Rein Stoel.
Sluiten