Abraham Verduijn

De torpedobootjager Hr.Ms. Van Nes wordt op 16 februari 1942 richting Singapore gestuurd vanwege de Japanse oorlogsdreiging. Het schip moet daar contact maken met het ss. 'Sloet van de Beele' van de Koninklijke Paketvaart-Maatschappij (KPM) en deze vrachtvaarder begeleiden naar Tandjung Pandan, een grote stad op Ban¬ka-Billiton, om de daar aanwezige Nederlanders te evacueren.Op de morgen van 17 februari 1942 komen beide schepen rond 08.00 uur in Tandjong Pandan aan. Alles is daar al in gereedheid gebracht voor de evacuatie. De 'Van Nes' blijft buitengaats heen en weer varen om zo bescherming aan de zeezijde te garanderen. In ongeveer twee uur zijn alle 400 militairen en burgers ingescheept en vertrekt de 'Sloet van de Beele' richting Batavia.Nog geen half uur na het vertrek wordt aan boord van de torpedobootjager luchtalarm gegeven voor een naderend vliegtuig. De schepen varen op dat moment even ten zuiden van de Gasparstraat (Straat Gaspar). Het vliegtuig blijkt een Japans verkenningstoestel te zijn, dat onmiddellijk door de 'Van Nes' onder vuur wordt genomen. De verkenner weet spoedig buiten bereik van de 'Van Nes' te komen en blijft deze en de 'Sloet van de Beele' gedurende ongeveer een half uur schaduwen. Nauwelijks heeft men op de 'Van Nes' het luchtalarm ingetrokken of er wordt gewoon alarm geslagen. Op grote afstand is er een jager of kruiser gezien. De 'Van Nes' koerst onmiddellijk op de vijand af en begint vanaf ongeveer 14 kilometer af¬stand te schieten, waarbij verscheidene treffers worden genoteerd. Als de torpedo¬jager op vier kilometer is, wordt het vuren gestaakt omdat het doel niet de vijand blijkt te zijn maar het wrak van Hr.Ms. 'Van Ghent'. Dat schip is op 16 februari 1942 op een rif gelopen en door haar eigen bemanning vernietigd.'s Middags rond 13.00 uur keert de vijand terug met twee groepen vliegtuigen, elk bestaande uit tien Japanse bommenwerpers. Ze vallen de 'Van Nes' en de 'Sloet van de Beele' aan. De 'Sloet van de Beele' is het eerste doelwit van de vliegtuigen. Het stoomschip weet vier van de vijf bommen te ontwijken, maar de vijfde treft doel en raakt de machinekamer. Binnen vijf minuten na de fatale klap zinkt het schip rechtstandig naar de bodem. 203 overlevenden in de reddingboten achterla¬tend tussen het wrakhout. Voor 249 opvarenden is er geen redding meer.De vijand concentreert zich nu in zijn geheel op de 'Van Nes' en krijgt verster¬king vanuit de lucht van een groep nieuwe vliegtuigen, afkomstig van het Japanse vliegdekschip 'Ryujo'. De 'Van Nes' wordt heftig aangevallen en gebombardeerd, maar weet aanvankelijk door wild te manoeuvreren de bommen te ontwijken. Na ruim twee uur dappere strijd wordt eerst het achterschip en vervolgens het middenschip getroffen, gevolgd door een enorme explosie waarbij het schip door midden breekt 'De Van Nes' gaat om ongeveer 15.30 uur strijdend ten onder op positie 03'27'' Z.B. - 106'33'' O.L.Onder leiding van de oudste officier. Ltz. 1 B.C. Fock, is een aantal overlevenden op vlotten naar het zuiden gekoerst. Na drie dagen worden zij opgemerkt door een Nederlands Catalina-vliegtuig, dat een pakket levensmiddelen afwerpt. Door een stukgeschoten landingsgestel kan het watervliegtuig niet landen om de dren¬kelingen op te pikken. Op de vierde dag worden de schipbreukelingen om half drie in de middag opgemerkt door een Nederlandse vliegboot, die hen oppikt en naar Batavia brengt. Van de aan land gebrachte overlevenden bezwijken er nog verscheidene aan hun verwondingen, of komen later om in Japanse concentratie¬kampen. Abraham Verduijn, de Katwijkse bootsman, is een van de personen die zijn omgekomen bij deze luchtaanval. Ook Ltz. 1 B.C. Fock bezwijkt op 3 maart 1942 alsnog aan zijn opgelopen verwondingen. Sluiten