Verzetsman Karel Walet (28, loodgieter) nam met Douwinus Janse (31, timmerman) in 1942 uit naam van de illegale CPN deel aan drie bomaanslagen in Amsterdam. Ze werden gearresteerd en in mei 1943 door het Duitse Hooggerechtshof ter dood veroordeeld. Ze werden vastgezet in het Huis van Bewaring in Scheveningen, ook wel Oranjehotel genoemd.Karel Walet en Douwinus Janse werden op 2 juli 1943 door de Duitse bezetter doodgeschoten op de Waalsdorpervlakte bij Den Haag. Als extra straf voor hun familie werden zij op een onbekende plaats in de duinen begraven. Na de oorlog werden deze graven teruggevonden, maar de slachtoffers konden niet meer worden geïdentificeerd. Zij werden uiteindelijk als onbekende Nederlander herbegraven op het ereveld van de Oorlogsgravenstichting in Loenen. In 2015 kwam voor de families een einde aan de onzekerheid met de identificaties van Walet en Janse. Deze kwamen tot stand dankzij de overeenkomsten met het DNA van hun nabestaanden. Sluiten