Ruth Marion Weile
1928-1943
Bijdragen
De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:
Met een kindertransport naar Nederland gekomen, maar ook daar niet veilig
Ruth Marion Weile, een Joods meisje, werd op 25 juni 1928 geboren in het Duitse Magdeburg, als dochter van Sally Weile en Helene Loewenstein. Haar ouders hadden, zoals zoveel van hun Joodse lotgenoten, Duitsland graag willen ontvluchten na de Kristallnacht, maar Nederland en Engeland hadden de grenzen voor Joden gesloten.
Eind 1938 besloot Engeland Joodse kinderen tot zeventien jaar tijdelijk uit Duitsland op te nemen, tot de toestand in Duitsland gestabiliseerd zou zijn. Engelse Joden stonden garant voor de kosten. Op deze wijze kwamen 10.000 Joodse kinderen naar Engeland zonder hun ouders en zonder begeleiding.
Veel kindertransporten gingen via Nederland. In Hoek van Holland werden de Joodse kinderen op de veerboot gezet.
Ruth Weile kwam eind 1938, op tienjarige leeftijd, met zo’n kindertransport mee. Zij kwam echter niet in Engeland terecht, maar in Rijswijk, waar een tante woonde, in een kindertehuis. Daar bleef zij een jaar.
Ruth Weile (midden) met Pepi en Fella Weinbach, Rijswijk, 1939
Ruth op haar twaalfde verjaardag
Op 10 november 1939 verhuisde Ruth naar Groningen, waar zij in huis kwam bij een familie aan de Dwarsweg. Op 2 april 1941 kwam Ruth naar Haren, waar zij als pleegdochter werd opgenomen in het gezin van Leon en Line van der Lijn. Doordat Line van der Lijn een baan had bij de Joodse raad werd het gezin in 1942 nog niet gedeporteerd, zoals alle andere Joodse gezinnen in Haren.
Na de moord in Eelde, op een SD’er door een Joodse onderduiker, werden alle privileges voor medewerkers van de Joodse Raad ingetrokken en werden alle Joden die nog in het Noorden woonden, verplicht naar Amsterdam te verhuizen. Daar werden de laatste Joden geconcentreerd, om korte tijd later afgevoerd te worden naar Westerbork. Ruth vertrok tien dagen eerder dan de familie Van der Lijn. Op 9 februari reisde zij naar Amsterdam, waar ze onderdak vond in de Retiefstraat 26III.
Op 25 mei 1943 werd Ruth Weile bij een razzia in Amsterdam opgepakt en naar Westerbork gebracht. Ruim drie maanden later, op 7 september 1943, werd haar naam afgeroepen voor de trein naar Auschwitz. Daar arriveerde Ruth op 10 september. Die dag eindigde haar leven in de gaskamer.
Ruth Marion Weile werd 15 jaar.
Een week na het vertrek van Ruth en twee dagen voor het vertrek van de familie Van der Lijn, kwam Leon van der Lijn bij de familie Ten Hoor aan de Lokveenweg. Hij bracht daar het fotoalbum met familiefoto’s, dat Ruth uit Duitsland had meegebracht, en haar fietsje. Of de familie Ten Hoor het fietsje wilde kopen en het fotoalbum bewaren voor Ruth, zodat zij het kon komen halen als zij terug kwam. Het fotoalbum bevatte kiekjes uit Ruths kinderjaren in Duitsland. Opmerkelijk waren de lege plekken en het ontbreken van foto’s van haar moeder, terwijl er wel veel foto’s van Ruth met haar vader in het album zaten. Misschien had Ruth die foto’s meegenomen naar Amsterdam? Toen Ruth niet terugkwam, gaf vader Ten Hoor het album aan dochter Annie, die met Ruth gespeeld had in de oorlogsjaren. Zo verhuisde het album met Annie mee naar Amerika. Annie’s zus, Alie Wind-ten Hoor, heeft veel onderzoek gedaan naar de familie van der Lijn en naar Ruth. Door haar inspanningen zijn hun namen in 2008 alsnog op de gedenksteen gezet.
Poeziealbum van Ammy Velthuis, vriendinnetje van Ruth, in Haren, 1941
Geplaatst door Wil Legemaat op 16 april 2019