Vrijwel vanaf het begin van de activiteit van de Orde Dienst werkte Jacob Wiersum onder prof. Schoemaker hieraan mee. Hoewel enige tijd onderdoken na de moord op De Man, keerde hij terug naar zijn Delftse woning O.D. 35. Hier werd hij 29 september 1941 gearresteerd en naar Scheveningen overgebracht. Tijdens de verhoren, die hij te ondergaan had moest hij toegeven Van Blerkom en Van Swaay, nadat de achtervolging op hen was ingezet, tezamen te hebben gebracht, doch hij wist zijn kennis over de aanslag op De Man en zijn aandeel in Dick van Swaay's eerste oversteekpoging, waaraan hem was verzocht deel te nemen, meesterlijk te verbergen. In Amersfoort, waarheen men hem na het onderzoek overgebracht had, werd Jacob's geest door de kampmentaliteit gebroken. Het was zijn vrienden, die hij in Amersfoort aantrof, duidelijk, dat zijn lichaam het onder die omstandigheden niet lang zou kunnen volhouden. Een maand reeds na zijn overbrenging naar Sachsenhausen bezweek hij. Hij was toen 26 jaar. Sluiten