Pieter Bastiaan Jan IJzerman
1896-1945
Oorlogsslachtoffer
Is 49 jaar geworden
Geboren op 31-01-1896 in Diemen
Overleden op 02-03-1945 in Varsseveld
Bijdragen
De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:
Pieter Bastiaan Jan IJzerman
Pieter Bastiaan Jan IJzerman wordt op 31 januari 1896 in Diemen geboren als zoon van onderwijzer en schoolhoofd Arie IJzerman (Leerdam 1866) en Arendje Albertina van der Esch (Leerbroek 1866). Hij groeit op in Bloemendaal, doet de HBS in Haarlem en de MTS in Amsterdam. Hij heeft interesse voor techniek en scheepvaart. Zo werkt Piet IJzerman bij de machinefabriek Delfshaven in Rotterdam, bij Stoomvaart Maatschappij Nederland in Amsterdam en de Werf Conrad in Haarlem. In 1920 trouwt hij in Heemstede met Elisabeth Berendina – Bep – van Waveren (Hillegom 1897). Zij is de dochter van de president-commissaris van de Veluvine-verffabriek in Nunspeet. In 1920 wordt IJzerman daar adjunct-directeur en in 1921 directeur. Net als de oprichter van de fabriek François Adriaan Molijn is hij geïnteresseerd in sociale vraagstukken en zet hij zich in om de arbeidsomstandigheden van zijn werknemers te verbeteren. IJzerman wil bijvoorbeeld een goed salaris en pensioen en maakt zich hard voor weduwen- en wezenzorg. Piet is een opgewekte, sportieve en geliefde man, die graag op de voorgrond treedt en Nunspeet promoot. Hij heeft verschillende bestuursfuncties en doet namens de Liberale Staatspartij ‘De Vrijheidsbond’ mee met de gemeenteraadsverkiezingen. Piet IJzerman woont in villa Bloemenheem aan de F.A. Molijnlaan 71 in Nunspeet met zijn vrouw en vier kinderen: Maria Theodora – Marijke – (1923), Abram Arie (1925), Peter Arend (1929) en Jan Erlo (1931).
In de oorlog gaat IJzerman samen met zijn oudste zoon Bram (1925) in het verzet. Om zijn personeel te behoeden voor de Arbeitseinsatz houdt hij de fabriek open, ook al moet er bijvoorbeeld camouflageverf aan de Duitse Wehrmacht worden geleverd. Deze gedwongen leveranties saboteert IJzerman waar mogelijk. Hij slaagt erin om tot het einde van de oorlog zijn personeel aan de fabriek te houden. IJzerman heeft met veel verzetsgroepen contact. Hij werkt samen met Dionisius Dirk Bakker uit Nunspeet (later eveneens gefusilleerd bij het Rademakersbroek). "Opa Bakker" is een van de initiatiefnemers van onderduikkamp "het Verscholen Dorp" in de bossen bij Vierhouten, dat door IJzerman wordt ondersteund. Ook heeft hij contact met Berend Dijkman uit Ermelo, alias Piet van de Veluwe. In Knokploeg-verband heeft hij contact met Marinus Post, alias Evert. In villa Bloemenheem van de familie IJzerman wordt ’s avonds regelmatig door het verzet overlegd, bijvoorbeeld om de overval van een distributiekantoor voor te bereiden. Thuis en in de fabriek vinden Joden en geallieerde piloten bescherming. IJzerman regelt ook andere onderduikplekken, verzorgt bonkaarten en ondersteunt met geld. Hij helpt de illegale pers financieel en praktisch met zijn connecties, smokkelt wapens, laat spoorlijnen en kabels saboteren en verricht spionagewerk. Vrienden en kennissen probeert hij uit kampen en gevangenissen vrij te krijgen. Hij biedt “hulp aan iedereen in nood,” aldus zijn weduwe na de oorlog (bron: aanmeldformulier Erelijst 1940-1945). Met zijn zoon Bram maakt Piet IJzerman deel uit van de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers (LO) in Nunspeet. Ook is hij vanaf eind 1942 plaatselijk commandant van de O.D. en vanaf de zomer van 1944 commandant van de Raad van Verzet. Najaar 1944 gaat IJzerman op in de Binnenlandse Strijdkrachten, gewest 6 Veluwe, district Harderwijk. IJzerman duikt tijdens de oorlog slechts één keer kort onder om daarna al snel zijn dagelijkse werkzaamheden te hervatten.
Op 18 januari 1945 wordt hij ‘s ochtends vroeg thuis met zijn vrouw en Bram opgepakt en afgevoerd naar de Jan van Schaffelaerkazerne in Ermelo. Na de oorlog schrijft zijn vrouw dat de bezetter hem verdacht van het doorgeven van springstof. De verhoren door de SD zijn zeer zwaar – maar Piet IJzerman zwijgt – en de omstandigheden in de cel erbarmelijk. Het is er donker en koud en het eten slecht, maar hij weet samen met zijn celgenoot strozakken, een emmer water, bestek en voedselpakketten te regelen. Tot 13 februari 1945 zitten vader en zoon vast in Ermelo. Daarna wacht hen de Willem III-kazerne in Apeldoorn. Moeder IJzerman komt op 24 februari vrij. Het verzet doet veel moeite om Piet en Bram vrij te krijgen. Aanvankelijk lijken ze de doodstraf te ontlopen, maar op 26 februari zitten beide mannen in gevangenis de Kruisberg in Doetinchem.
Op 2 maart 1945 worden Piet en Bram IJzerman gefusilleerd aan het Rademakersbroek bij Varsseveld in de Achterhoek, samen met 44 andere (verzets)mannen uit heel Nederland. Hun dood is een represaille voor het ombrengen van vier Duitse militairen door verzetsgroep De Bark, die in de laatste oorlogswinter z'n hoofdkwartier heeft in een boerderij in buurtschap De Heurne vlakbij Dinxperlo.
Op 9 mei 1945 worden ze samen met Rademakersbroek-slachtoffers Opa Bakker en Bram Baar in Nunspeet begraven. Personeel van de Veluvine-fabriek escorteert de kist van hun directeur. Bij de fabriek wordt een grote krans aan de lijkkoets gehangen en de vlag hangt halfstok. De graven van Piet IJzerman, zijn zoon Bram IJzerman, Bakker, Baar en een andere verzetsman uit Nunspeet vormen een monument op het Nieuwe Kerkhof, nu begraafplaats Nunspeet-Oost.
Meer lezen? https://de46vanhetrademakersbroek.nl/
gezin IJzerman met grootouders
SluitenGeplaatst door Ina Brethouwer op 14 september 2021