Roelof Zwinderman
1916-1943
Oorlogsslachtoffer
Is 26 jaar geworden
Geboren op 02-12-1916 in Gieten
Overleden op 22-06-1943 in Den Helder
Bijdragen
De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:
'Mam, er sterft geen mens voor zijn tijd'
Roelof Zwinderman werd te Gieten geboren op 2 december 1916, als zoon van Harm Zwinderman en Jantien Speelman en broer van Heiltje, Jans en Jan.
Vader Zwinderman was van beroep botermaker en graanhandelaar. Het gezin woonde aan de Ambachtstraat A 164.
Roelof doorliep de lagere school en vervolgens de ULO te Gieten. Daarna vond hij werk bij de drukkerij Frenkel, waar onder andere het plaatselijke blad 'De Hondsrug' werd uitgegeven.
Naast zijn werk ging Roelof twee keer per week met de bus naar Assen waar hij een politiecursus volgde. Deze cursus werd gegeven door de korpschef van de Meppeler politie. In 1939 haalde Roelof zijn diploma.
Hij solliciteerde met succes bij de gemeentepolitie van Den Helder. Na korte tijd te hebben gewerkt als typist/schrijver werd hij benoemd tot agent van politie en in maart 1943 tot wachtmeester.
Roelof Zwinderman in uniform
Al snel na het uitbreken van de oorlog onderhield Roelof Zwinderman contacten met het verzet. Zo zou er op een bepaald moment een manifestatie van de NSB met veel vlagvertoon plaatsvinden. De vlaggen waren vooruit gestuurd en in een pand in Den Helder opgeslagen. Samen met zijn college politieman Jan van Herwijnen stak Zwinderman het gebouw met de vlaggen in brand.
Zijn familie wist dat hij niet alleen politiewerk verrichtte. Zijn moeder vroeg hem voorzichtig te zijn, waarop Roelof antwoordde: 'Mam, er sterft geen mens voor zijn tijd'.
Een van de taken van de politie was het bewaken van het Arbeidsbureau. Het Arbeidsbureau, van waaruit de arbeidsinzet werd georganiseerd, was een gewild doelwit voor het verzet. Het vernietigen van persoonsgegevens kon, in elk geval tijdelijk, tewerkstelling van een aantal mensen voorkomen.
Het bewaken van het gebouw gaf Zwinderman de mogelijkheid de plattegrond en de gang van zaken goed te verkennen.
Met de bemiddelingsambtenaar van het bureau, H. Wildenberg, de conciërge Y. Sperling en zijn collega Jan van Herwijnen, beraamde hij een overval. Ze vonden de wachtmeester marechaussee Hermanus Kok, manufacturier Jan Ludema en oud militair Krijn Vreugdenhil bereid mee te doen.
Wildenberg gaf informatie over de plaats waar de kaartsystemen zich bevonden en hij leende de sleutels van het gebouw uit, via Sperling.
Arbeidsbureau Den Helder
Het Arbeidsbureau werd elke nacht bewaakt door een gewapende agent en door een hulpagent met alleen een wapenstok.
In de nacht van 21 op 22 juni 1943, om 01.30 uur trokken de vijf mannen, gekleed in overalls en met uit stof geknipte maskers voor hun gezicht, naar het Arbeidsbureau aan de Kanaalweg.
Helaas bleek het niet mogelijk de voordeur te openen, omdat de bewakers aan de andere kant een sleutel in het slot hadden laten zitten.
Aan de achterzijde van het pand was een schuilkelder, van waaruit je het gebouw kon binnenkomen. Om de tuin stond een muur van twee meter hoog. Van Herwijnen is op de rug van Zwinderman gaan staan en over de muur geklommen. Via de schuilkelder kon hij de voordeur openen.
Binnen troffen ze de hulpagent die zich liet overmeesteren. De dienstdoende agent, J.W. Wakker echter, trok zijn dienstpistool. Hij werd door drie mannen besprongen. Wakker kon door de maskers niet zien dat twee van hen zijn collega's waren. Hij schoot... en moest later tot zijn ontsteltenis constateren dat één van de overvallers dodelijk getroffen was en dat dat zijn collega Roelof Zwinderman betrof.
Aangezien er ook een ruit was gesneuveld en dit de aandacht van de buitenwereld zou trekken, sloegen de andere overvallers op de vlucht. Daarmee was de overval jammerlijk mislukt en tragisch geëindigd.
De volgende dag startte de SD een onderzoek. Een tip van een Duitsgezinde politieman leidde tot de aanhouding van Van Herwijnen. Hij liet niets los, ondanks zware verhoren.
In de bezittingen van Roelof Zwinderman werd echter een zakboekje aangetroffen met een aantal namen van bekenden. Van hen werden er 21 aangehouden en na verhoor bleven als verdachten over: Kok, Ludema, Vreugdenhil, Sperling en Van Herwijnen.
Op 6 januari 1944 werd het vonnis uitgesproken. Van Herwijnen, Kok, Ludema en Vreugdenhil werden ter dood veroordeeld en Sperling kreeg 15 jaar tuchthuisstraf.
De volgende ochtend werd het vonnis voltrokken op de Waalsdorpervlakte. Op het moment dat de executie zou plaatsvinden werd Van Herwijnen uit de groep gehaald. Hij moest getuige zijn van de executie van zijn drie makkers. Om onduidelijke reden werd zijn straf omgezet in 15 jaar tuchthuis. Zowel Sperling als Van Herwijnen hebben de kampen overleefd.
In Den Helder vroeg de zwaar aangeslagen agent Wakker overplaatsing aan.
Het stoffelijk overschot van Roelof Zwinderman werd aan de familie in Gieten overgedragen. Mogelijk bemiddelde de burgemeester van Den Helder, lid van de 'loge' evenals vader Zwinderman, hierbij.
Roelof Zwinderman werd begraven op de begraafplaats van Gieten.
Graf van Roelof Zwinderman, begraafplaats Gieten
Geplaatst door Wil Legemaat op 07 mei 2019