Bertha Breemer-Cohen
1899-1943
Bijdragen
De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:
Jodenjacht in Dordrecht
Zaterdag 12 juni 1942, in alle vroegte om 03 uur, leveren de jodenjagers van de Dordtse politie, Arie den Breejen en Harry Evers, op het hoofdbureau hun nieuwste buit af: vijf leden van de uitgebreide familie Breemer. Ze hadden d’r weer een stel...
Lees meer
Zaterdag 12 juni 1942, in alle vroegte om 03 uur, leveren de jodenjagers van de Dordtse politie, Arie den Breejen en Harry Evers, op het hoofdbureau hun nieuwste buit af: vijf leden van de uitgebreide familie Breemer. Ze hadden d’r weer een stel gevonden. En dit keer zelfs de man, de smiecht, die deze joden verborgen had gehouden in zijn woning: Cornelis de Reus (1908) uit de Potgieterstraat 17. Triomfantelijk laten Den Breejen en Evers hun arrestanten opsluiten. Op naar de volgende.Het Dordtse geslacht Breemer is nogal wijdvertakt en heeft een goede reputatie in de stad. Meerdere leden hebben zich bekwaamd in het kleermakersvak, op de Voorstraat 32 drijven zij een voornaam kledingmagazijn. De oervader van deze joodse familie is Hendrik Breemer (1868), die samen met Rozette Hartog (1868) uit Strijen het gezin stichtte dat aan de basis stond van de winkel in herenconfectie. Hester (1891) was hun eerstgeborene. Daarna kwamen Kaatje (1892), Eva (1894), Levie Nathan (1896) en Elisabeth (1902).
Toen de oorlog uitbrak, waren deze kinderen al volwassenen die zelf alweer kinderen hadden voortgebracht. Bijna al die gezinnen werden stuk voor stuk getroffen door de Jodenvervolging. Zoals hierna zal blijken, kreeg het geslacht Breemer een genadeklap. Levie Nathan was zijn vader Hendrik al opgevolgd in de zaak. Hij had Bertha Cohen (Dordrecht, 1899) als echtgenote gekozen, en er waren al twee kinderen: Rozette (1922) en Henriëtte Louise (1926). En het waren deze vier Breemers die nu in bewaring zaten in het hoofdbureau van politie, dankzij Den Breejen en Evers. De vijfde Breemer in de cel was modiste Hester Breemer. Zij is de oudste zus van Levie en de enige die ongetrouwd was gebleven. (Alle andere broers en zusters hadden eigen gezinnen.) Hester woonde in bij haar broer Levie, op de Singel 229 (nu: 351). Op dit adres verbleef tot zijn dood – op 16 september 1941– óók stamvader Hendrik. Hij was weduwnaar, zijn Rozette was al gestorven in 1926.
Sluiten
Bron: http://www.stolpersteine-dordrecht.nl/het_voorbije_joodse_dordrecht_sobibor.html
Geplaatst door Stichting WO2 Sporen JvZ op 06 januari 2017