Leslie Albert Duckett wordt geboren op 21 november 1921 in Salem Corners, Ontario, Canada. Hij is de zoon van Henry (Harry) Duckett en Elsie R. Duckett, beiden uit Engeland, zij trouwen op 12 april 1916 in Greenwood, Ontario, en zijn lid van de Church of England. Vader Harry is voerman en hij overlijdt in 1969, moeder Elsie overlijdt veel te vroeg in 1934.

Op 31 augustus 1942 meldt Leslie zich in Toronto bij het Canadian Armoured Corps Reinforcement Wing / 5 Company. Vanaf september dat jaar is Leslie in het No. 70 Canadian Army Training Centre in Fredericton, New Brunswick. Daarna gaat hij voor verdere training naar Dundurn op 18 november 1942. Vanaf 28 december heeft hij verlof
tot 6 januari 1943. Hij begint dan met acht dagen detentie in de Regina Detention Barracks, het is niet bekend waarvoor hij daarheen moet. Dan is Leslie vanaf 19 maart dat jaar Qualified Driver Wheeled & Tracked Class lll.

In mei heeft Leslie weer verlof voordat hij op 4 juni naar de haven van Dundurn gaat om op 11 juni in te schepen voor vertrek naar Europa, waar ze 18 juni aankomen in het Verenigd Koninkrijk. Leslie wordt op 15 juli 1943 ingedeeld bij het 8th Reconnaissance Regiment en is hij “in the Field”. Leslie wordt op 8 mei 1944 beloond met de Canadian Volunteer Service Medal with Clasp. Dan is het eindelijk tijd om naar het vasteland van Europa te gaan. Op 5 juli scheept hij in met de 14th Canadian Hussars (8th Reconnaissance Regiment) en op 7 juli arriveren ze in Frankrijk.

Op 28 maart 1945 zijn Leslie en de mannen in Duitsland en zijn dan bezig met allerlei klusjes, zoals het schoonmaken van de voertuigen. Na de lunch komt het bericht dat het hele regiment zich moet klaarmaken voor de tocht over de rivier de Rijn. Laat die avond is iedereen de Rijn over en zijn ze in de buurt van Speldrop, Nederland. De dag erna is het koel en bewolkt en begint de dag met een begrafenis. Men is voortdurend alert, want de vijand is overal in de buurt en blijft ze lastigvallen met beschietingen. Ze liggen vroeg op bed, want de afgelopen nacht is er niet veel geslapen.

Het is 30 maart met helder weer en zon in de middag, het B Squadron houdt het dorp
Netterden bezet, maar wordt voortdurend beschoten, er is hulp onderweg want dit is eigenlijk een taak voor de infanterie. Het C Squadron meldt dat er bij Netterden een Armoured Car is geraakt en dat er twee doden zijn te betreuren: Sergeant Lawrysyn en Trooper Duckett.

Op 31 maart 1945 is het bewolkt en koel weer en het regiment verplaatst zich naar Gendringen, Nederland, waar de bevolking uiteraard heel blij is dat ze bevrijd zijn. Alle bruggen over de rivier de IJssel zijn opgeblazen, behalve de enige die intact blijft en overgestoken wordt. Aan de westkant van de rivier vordert men gestaag richting
noorden. De pater en tevens Sky-Pilot begraaft de lichamen van Lawrysyn en Duckett op de laatste locatie waar ze die morgen zijn geweest. De tijdelijke begraafplaats van Leslie Duckett is vlak bij de grens van Duitsland en Nederland en officieel is het in het gebied
Isselburg, maar de precieze locatie is aan de kant van een veld in Megchelen bij weduwe van Huet.

In Gendringen komt een oorlogsmonument waar ook de naam van Trooper Leslie Duckett vermeld zal worden.

Leslie wordt op 11 maart 1946 herbegraven op de Canadese Oorlogsbegraafplaats in Groesbeek.