Johan Jacob van Baasbank wordt geboren in Bloemendaal op 1 februari 1922 als jongste zoon van Jacob Paulus van Baasbank en Johanna Christina Louise Barendtzen. Zijn vader is gezagvoerder bij de Koninklijke Pakketvaart Maatschappij. De ouders trouwen in 1907 in Medan (Ned. Indië) waar hun oudste drie kinderen worden geboren, twee zonen en een dochter. Het gezin moet omstreeks 1917 teruggekeerd zijn naar Nederland en woont in een statig groot huis aan de Prof. Van Vlotenweg 6 in Bloemendaal. Johans moeder overlijdt een maand na zijn geboorte. Zijn vader hertrouwt in augustus 1923 in Groningen (en overlijdt in juni 1939 in Haarlem). Johan is dus wees op zeventienjarige leeftijd. Vermoedelijk gaat hij studeren in Amsterdam. Zijn naam komt voor in het Stadsarchief Amsterdam op 20.11.1940: hij doet aangifte want zijn fiets is gestolen. Uit diverse informatie blijkt dat Johan wat later in de oorlog in de Achterhoek onderduikt, vermoedelijk in Aalten.

"de Zwerver" oktober 1947, de slachtoffers WO2 in Aalten. De naam van Johan van Baasbank staat ertussen, hoewel hij in Eefde is overleden.

Op 4 oktober 1947 vindt de “Aaltense Reünie van Onderduikers” plaats. Die dag wordt onder andere begraafplaats Berkenhove bezocht waar een krans werd gelegd op het graf van KP-leider Kees Ruizendaal. Ook wordt het Onderduikmonument bij het station onthuld en aan de gemeente Aalten overgedragen. In de Oude Helenakerk aan de markt houdt ds. Fredrik Slomp een gloedvol betoog. Ook voormalig onderduiker Frans de Vries (Rotterdam) spreekt dan namens het comité Aaltense Reünie. De omgekomen achttien onderduikers in de Tweede Wereldoorlog worden tijdens een minuut stilte herdacht. De eerste naam die genoemd wordt is die van J.J. van Baasbank uit Overveen.

Johan J. van Baasbank was lid van de Knokploeg Laren en vermoedelijk ook enige tijd van de Knokploeg Aalten (die in de hele Achterhoek tot aan Zutphen actief was). Zijn verzetsnaam was “Floor”. Op 2.11.1943 hield de SD een razzia in Laren Gld. waarbij veel verzetsmensen werden opgepakt, maar Johan van Baasbank gelukkig niet. Hij verbleef vervolgens enige tijd in Aalten. Bekend is dat hij hier werd opgepakt, maar nadere info ontbreekt. Hij zat gevangen in de Marechausseekazerne in Aalten en werd daar bewaakt door de Landwacht. Op 19 augustus 1944 pleegden drie Knokploegleden een overval op de kazerne en konden Johan van Baasbank bevrijden.

Hij vertrok richting Zutphen waar hij onderdak vond in de jachtkamer van Huis de Voorst in Eefde. Verzetsmensen uit Zutphen en de Achterhoek verbleven hier tijdelijk, terwijl ook neergekomen piloten op deze locatie werden verborgen. Notabene in hetzelfde kasteel Huis de Voorst zat een commandogroep Duitsers op de benedenverdieping. De verzetsmensen verstrekten aan de geallieerden informatie over de plaats van het afweergeschut en de Duitse commandopost. Eveneens op De Voorst was het grootste gedeelte van het departement van Kolonieën en Overzeese gebiedsdelen gehuisvest (na de bouw van de Atantikwall moest dit departement verhuizen). De beheerder Vinke met vrouw en dochter woonde op de bovenverdieping evenals enkele ambtenaren. Het was een perfecte dekmantel voor de onderduikers.

Op 24 maart 1945 werd een korte aanval door twee geallieerde gevechtsvliegtuigen uitgevoerd. Het eerste vliegtuig beschoot terrein en huis met zijn mitrailleurs terwijl het tweede bommen afgooide. Hierbij werd Johan J. van Baasbank alias Floor dodelijk getroffen. Door zijn medestrijders Hans Peters en Frits Bosch (Zutphens verzet) is hij illegaal in Gorssel begraven. Zijn mede-onderduiker John Levi (Amsterdam) hield een toespraak aan het graf. Het graf werd later onderhouden door de familie Vinke.