Na het ontvangen van verschillende berichten op 23 Jan 1942, dat een Japanse Invasievloot zich reeds in de Zeestraat MAKASSAR bevond, en kennelijk het voornemen had om in de directe omgeving van MAKASSAR te landen, besloot de Troepencommandant de KNIL eenheden vanuit MAKASSAR naar het binnenland te verplaatsen en te laten terugvallen op de MARIO TJAMBA stelling. De Europese vrouwen en kinderen werden gelijktijdig naar MALINO geëvacueerd. De totale sterkte van ons Leger ter plaatse bestond uit: - 2 compagnies beroeps militairen van het KNIL; - 1 compagnie Kort Verband (inheemse) militairen; - 1 militie compagnie; - 1 Landstorm compagnie (oudere militieplichtigen); - voorts nog enkele Inf. Brigades à 18 man en een reserve korps van gepensioneerde miln. Verder had het KNIL enkele brigades gelegerd in PARE PARE en ENREKANG.In de vroege ochtend van 9 feb 1942 landde de Japanse vijand met overmachtige strijdkrachten (ca. 8000 man), 3 km ten zuiden van MAKASSAR en rukten snel via Soenggoeminasa op naar de brug over de Tello-rivier. De KNIL.-militairen die de brug bewaakten werden gevangengenomen. Na de Tello-brug te hebben bezet, rukte een Japanse rijwielcolonne op richting MAROS. Nadat de colonne het dorp PATJINANG was genaderd, kwam de Japanse eenheid onder mitrailleur- en mortiervuur van de kortverbander-compagnie, onder commando van Kapt. Inf. KNIL. W. E. F. Wasch, die een verdedigende stelling bij PATJINANG had ingericht. Door dit vuur werd de vijand belangrijke verliezen toegebracht. Een volgende aanval gesteund door vliegtuigen werd ook afgeslagen. Dankzij de bekwame leiding van Kapt. Wasch hadden zijn jonge KV. militairen heel dapper gevochten en ook aan geen wijken gedacht. Bij dit gevecht verloren de Japanners ca. 300 man. Als represaille voor de geleden verliezen werden onze militairen, die bij de Tello-brug gevangen waren genomen, geëxecuteerd. Om omsingeling door de Japans overmacht te voorkomen besloot Kapt. Wasch tegen het vallen van de avond zich terug te trekken tot achter de Maros rivier; alvorens hiertoe over te gaan, werden door 1ste Luitenant Blume en zijn manschappen nog eerst vernielingen op het nabij gelegen vliegveld uitgevoerd. Een Japans jachtvliegtuig (Navy-0) dat dit trachtte te voorkomen werd neergehaald.Tijdens dit hevige gevecht op 9 feb. 1942 sneuvelden 20 KNIL. militairen, waaronder Stw. Sld. Frederik Alexander CENTIAGO. Frederik Alexander CENTIAGO is na de oorlog herbegraven en ligt thans begraven op het Nederlans Ereveld “Candi” te SEMARANG, Verzamelgraf Patjinang, Loc.: A 265 : 266. Sluiten