Theodoor Clemens Mattheus Colsen is elektro-technisch ingenieur en eerste luitenant. Hij probeert op 28 juli 1940 samen met de broers Jan en Ton ten Holder en Kees Schelfhout naar Engeland te gaan. Ze gaan in Wissenkerken (Noord-Beveland) in een kleine boot de zee op, koers zuid-west. De tocht verloopt voorspoedig, maar niet ver van de Engelse kust begint de motor te haperen. Door de wind en de stroming worden ze in oostelijke richting teruggedreven. Op de Franse kust staan de Duitsers de vier mannen op te wachten.Het Duitse Marinekriegsgericht veroordeelt de mannen op 18 december 1940 tot twee jaar tuchthuis. Tot 31 mei 1941 verblijven zij in de strafgevangenis van Scheveningen (het 'Oranjehotel'), daarna worden zij overgebracht naar een tuchthuis in Münster. Op 17 augustus 1942 worden ze vrijgelaten, maar Kees Schelfhout wordt bij de poort opgewacht door de SS en op sinterklaasavond in het concentratiekamp Sachsenhausen afgeleverd.Op 26 november 1942 worden Theo en Jan en Ton ten Holder opnieuw opgepakt en naar de gevangenis van Terneuzen gebracht. Daarna worden ze via kamp Vught naar het concentratie Dachau vervoerd. De broers Ten Holder overleven het kamp. Theo Colsen wordt naar het concentratiekamp Sachsenhausen bij Berlijn overgebracht. Tijdens de dodenmars, het kamp wordt geëvacueerd omdat het Russische leger nadert, krijgt hij een ontsteking aan zijn been. Hij overlijdt enkele dagen voor de bevrijding in een bos bij Below.Kees Schelfhout overleeft de oorlog. Hij is van 1971-1973 staatssecretaris van Onderwijs in het kabinet-Biesheuvel. Sluiten