Louis Romuald Hubert Dobbelmann
1911-1943
Oorlogsslachtoffer
Is 32 jaar geworden
Geboren op 01-07-1911 in Rijswijk (ZH)
Overleden op 16-10-1943 in Apeldoorn
Bijdragen
De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:
Levensverhaal Lou Dobbelmann
Louis Romuald Hubert Dobbelmann wordt op 1 juli 1911 geboren in Rijswijk. Hij heeft 3 oudere zussen. Na hem worden nog een broertje en een zusje geboren. Zijn vader is directeur van de Dobbelmann Tabaks- en Sigarenfabriek in Rotterdam èn landbouwer in Wiesel. Na de lagere school gaat Louis naar de Koninklijke HBS - nu de KSG - in Apeldoorn. Zijn docenten zijn weinig tevreden over Louis: hij zou ´indolent´ en ´onverschillig´ zijn. Later wordt hij getypeerd als ‘lui, maar met een goed verstand’. In 1929 haalt hij zijn eindexamen HBS-B. Louis weet niet goed wat hij verder wil. Hij studeert in 1929 een jaar aan de Landbouwhogeschool in Wageningen en daarna twee jaar aan de Technische Hogeschool in Delft. In 1933 wordt hij reserveofficier bij de Cavalerie. Daarna gaat hij naar Amerika, waar hij een jaar lang kennis op doet in de tabaksindustrie. Als Louis in 1934 terugkeert naar Nederland gaat hij werken in het familiebedrijf Dobbelmann. Zijn vader is intussen overleden. Louis bekwaamt zich op verschillende afdelingen in de fabriek en is geliefd bij het personeel. Het botert niet tussen hem en zijn familieleden in de bedrijfsleiding. Omdat hij zogenaamd 'stout was met de meisjes' wordt hij het bedrijf uit gewerkt. Hij kiest dan voor het leven op het platteland en vestigt zich op het landgoed ’De Ploeg’ in Wiesel.
Na de capitulatie in 1940 gaat hij terug naar zijn landgoed. De omstandigheden daar zijn erg gunstig voor hulpverlening aan vervolgde Nederlanders. Veel onderduikers vinden onderdak op zijn terrein. In 1943 doodt het Nederlandse verzet enkele tientallen Duitsgezinde Nederlanders. Rauter, de hoogste SS'er in Nederland, bedenkt het plan om wraak te nemen op het verzet: Aktion Silbertanne. In september 1943 geeft Rauter opdracht om elke aanslag op een Duitsgezinde Nederlander te wreken met de moord op drie anti-Duitse mensen. Het moet totaal onbekend zijn en blijven dat de Duitsers erachter zitten. De Silbertanne-moorden moeten drie dingen bewerkstelligen: wraak, onrust onder NSB'ers wegnemen en zorgen dat het verzet stopt met het plegen van aanslagen op Duitsgezinde Nederlanders. De moordenaars worden uitgerust met buitgemaakte Engelse kogels. Zo moet het lijken of de moord door het verzet is gepleegd. Rauter heeft mannen nodig om het vuile werk op te knappen. Die vindt hij in de Germaansche SS, de Nederlandse afdeling van de SS. Zij hebben vrijwillig gevochten aan het oostfront, hebben gevechtservaring en weten hoe ze mensen moeten doodschieten. De Duitsers stellen met collaborerende politieagenten, NSB’ers en verraders lijsten op met namen van vooraanstaande Nederlanders die in voorkomende gevallen geëxecuteerd moeten worden. Vaak mensen, die in hun gemeenschap grote bekendheid en respect genieten en waarvan wel bekend is dat ze anti-Duits zijn, maar geen kopstukken uit het verzet. De dood van juist deze mensen zal grote indruk maken, zo verwachten de Duitsers. De uitvoering is huiveringwekkend. De moordenaars worden in burgerkleding met een auto van de Sicherheitspolizei met valse Nederlandse nummerborden vlak bij het huis van het slachtoffer afgezet. Zij bellen aan bij het huis van het slachtoffer en vragen of hij thuis is. Als de man naar de deur komt, vragen ze naar zijn naam en wordt hij in zijn eigen huis doodgeschoten.
In oktober 1943 moet in Apeldoorn de liquidatie van de NSB'er en politieman Jannes Doppenberg gewroken worden. Het is de tweede Silbertanne-actie in Nederland, de eerste in Gelderland. Louis Dobbelmann staat bovenaan de Apeldoornse lijst. Louis is tijdens de eerste twee bezoeken, waarbij de moordenaars aangeven met hem te willen onderhandelen over de aankoop van paarden, niet thuis. Maar ze houden vol en zo komt het op 16 oktober 1943 tot een derde poging. Het is rond etenstijd op zaterdag 16 oktober 1943. Louis Dobbelmann is thuis met zijn familie aan het eten als er wordt aangebeld. Er staat een man voor de deur, Louis loopt naar buiten en wordt op de stoep voor zijn huis voor de ogen van zijn moeder doodgeschoten.
Dobbelmanns begrafenis is groots, meer dan tweeduizend belangstellenden wonen de uitvaart bij en er zijn twee auto's nodig om de bloemen naar de begraafplaats aan de Soerenseweg te brengen. De toon is anti-Duits, onder andere door de toespraak van de advocaat en familievriend Mees, een bekend industrieel in Vaassen. Dat hij eveneens op de slachtofferlijst staat weet hij niet.
Op 19 juli 1944 is Apeldoorn voor de tweede keer het toneel van een Silbertanne-moord; Mees wordt voor de deur van zijn huis doodgeschoten. Er zijn 28 Silbertanne-aanslagen gepleegd met 56 slachtoffers. 11 van hen overleefden de aanslag, soms ernstig gewond. De meeste daders zijn na de oorlog opgepakt en veroordeeld wegens moord én landverraad. De moordenaar van Louis Dobbelmann was Adolf de Man, een Duitse SS’er, die al voor de oorlog in Nederland woonde. Hij vluchtte in september 1944 naar Duitsland en werd in 1950 bij verstek tot levenslang veroordeeld.
SluitenGeplaatst door Coördinator Archief Oorlogsgravenstichting op 13 juni 2020