Reinder van Dijk
1913-1945
Oorlogsslachtoffer
Is 32 jaar geworden
Geboren op 11-01-1913 in Appingedam
Overleden op 06-04-1945 in Leipzig Stadtkreis Leipzig
Afbeeldingen
Bijdragen
De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:
Omgekomen in krijgsgevangenschap soldaat Reinder van Dijk
Geplaatst door E. van der Most op 15 juli 2019
Vlak voor de bevrijding omgekomen bij een bombardement in Leipzig
Reinder van Dijk werd op 11 januari 1913 geboren in Appingedam. Hij trouwde met Ida Oomkens. Het paar kreeg drie kinderen: Klaas Hendrik, geboren op 30-04-1938, Hendrik Klaas, geboren op 26-05-1941 en Jan Reinder, geboren op 30-11-1943. Alle kinderen werden geboren in Groningen.
Reinder was huisschilder van beroep. Het gezin woonde ‘Op de Gideon’, een buurtschap aan de rand van Groningen, aan het Winschoterdiep.
Mobilisatie
Reinder van Dijk was in militaire dienst geweest en in augustus 1939 werd hij gemobiliseerd, net als alle kameraden van zijn lichting. Reinder diende als soldaat in de 3e Compagnie van het 25e Regiment Infanterie en was in de meidagen gestationeerd in Jutphaas, onderdeel van de Hollandse Waterlinie. Daar maakte hij de meidagen 1940 mee. Na de capitulatie werd hij krijgsgevangen genomen. Op 7 juni 1940 werd Reinder gedemobiliseerd en keerde hij terug naar zijn vrouw en zoon in Groningen.
Oproep voor tewerkstelling in Duitsland
In april 1943 kreeg Reinder, net als alle andere Nederlandse voormalige militairen, het bevel zich opnieuw te melden als krijgsgevangene. Hij zou in Duitsland tewerkgesteld worden. Reinder besloot zich niet te melden, maar onder te duiken.
Het gezin van Reinder en Ida was inmiddels uitgebreid door de geboorte van zoon Hendrik in 1941 en Ida was in verwachting van hun derde kind. Af en toe bezocht hij zijn gezin, al werd hem dat van alle kanten ontraden.
Arrestatie
Op 9 oktober was Reinder weer even thuis ‘op de Gideon’, hij bracht er ook de nacht door. Hij werd die nacht verraden door iemand uit de flat. Nog voor de dag begon werd hij van zijn bed gelicht en gearresteerd. Ida is dan ruim zeven maanden zwanger.
Reinder schreef in een brief aan Dieuwertje Kruizinga, een goede vriendin van Reinder en Ida: “Het deed mij werkelijk genoegen, dat ik jou in de deur zag staan toen wij voorbij reden.” Dieuwertje woonde toen in Tuindorp 11 aan de spoorlijn (nu Spoorlaan15) en zag alle treinen vanaf Groningen voorbij komen.
Na een kort verblijf in het Scholtenhuis werd Reinder overgebracht naar de Waterloo Kazerne in Amersfoort. Daar kwam hij op 14 oktober 1943 aan. Ida is nog op bezoek geweest, ze had een brief bij zich van de directie van timmer- en meubelfabriek Boon en Gaemers, waar Reinder wel werk voor verrichtte. Daarin werd aangedrongen op zijn vrijlating. De brief, gedateerd 21-10-1943, zou behandeld worden, maar voor het zover kwam, was Reinder op transport gesteld naar Duitsland.
Dwangarbeid
Reinder van Dijk werd op 22-10-1943 afgevoerd naar het doorgangskamp Stalag IVB in Mühlberg aan de Elbe, in de deelstaat Brandenburg. Drie dagen later werd hij overgebracht naar Nerchau, veertig kilometer ten oosten van Leipzig. Op 21-01-1944 volgde een overplaatsing naar Paunsdorf, een buitenwijk van de stad Leipzig. Daar werd hij tewerkgesteld in een lampenfabriek, waar men geen overigens geen lampen fabriceerde, maar munitie.
Zeven weken na de arrestatie van Reinder schonk Ida het leven aan een derde zoon: Jan Reinder. Reinder heeft zijn zoon helaas alleen op een enkele foto, die Ida hem kon sturen, gezien. Correspondentie was gelukkig wel mogelijk; de brieven die Reinder stuurde vanuit Duitsland, zijn bewaard gebleven en van grote waarde voor zijn nabestaanden.
Bombardement
Op 6 april 1945, enkele weken voor de bevrijding, kwam Reinder van Dijk om het leven bij een bombardement in de stad Leipzig. Hij werd op 07-04-1945 begraven op het “Ostfriedhof” een begraafplaats in Leipzig. Na een verzoek uit Den Haag om een herbegrafenis werd zijn stoffelijk overschot eerst overgebracht van de toenmalige Oost-Duitse zone naar Berlijn, op 29-06-1948. Overbrenging naar Nederland volgde op 01-04-1949.
Op 20 april 1949 werd Reinder van Dijk herbegraven op begraafplaats De Eshof in Haren. In november 1961 werd het beheer van het graf overgedragen aan de Oorlogsgravenstichting.
In 1948 werd in Groningen het overlijden van Reinder van Dijk geregistreerd
Ida en de kinderen
Ida kreeg op 19 november 1945 een brief van Het Nederlandsche Roode Kruis, afdeling Groningen, met een bijlage, gedateerd 9 oktober 1945: een officieel ondertekende verklaring van het overlijden van Reinder.
Ida is 3 weken na de geboorte van Jan Reinder met haar drie kinderen gaan inwonen bij Dieuwertje Kruizinga-Klunder.
Reinder was bevriend met Jurjen Kruizinga. Zij kenden elkaar van toneelvereniging Vios. Ook hun vrouwen, Ida en Dieuwertje waren goede vriendinnen en lid van de toneelvereniging. Jurjen sneuvelde in de meidagen van 1940 op de Grebbeberg. Dieuwertje woonde met haar twee dochters in Haren, in Tuindorp.
Van oktober 1945 tot eind mei 1947 stond Ida officieel als inwoonster van de gemeente Haren geregistreerd, op het adres Tuindorp 11. Geen van haar drie kinderen staat echter op de woonkaart vermeld.
In mei 1947 verhuisde Ida naar de Stationsweg 9 in Haren, waar de familie Burmann woonde. Ida werkte voor de familie Burmann.
In september 1947 werden Ida en haar kinderen opnieuw getroffen door het noodlot. Zoontje Hendrik kreeg difterie en overleed op 14 september aan de gevolgen van die ziekte. Hij werd maar zes jaar oud. Van zijn overlijden is in Haren aangifte gedaan.
Enkele jaren later hertrouwde Ida met Albert Rademaker.
De naam van Reinder van Dijk staat niet op de gedenksteen van Haren. Hij was geen inwoner van Haren. Wel worden elk jaar tijdens de dodenherdenking bloemen op zijn graf gelegd.
Geplaatst door Wil Legemaat op 16 april 2019