De ouders van Johannes (Jan) Albertus Henricus Fanoy hadden vier zoons, de oudste Herman, vervolgens Bart, gevolgd door Jan, mijn vader, op 12 okt. 1905 te Solo (Soerakarta) geboren. Tenslotte de jongste zoon Jack (Jacques Jean Bart), geboren 30-10-1911 in Surakarta en overleden 14-11-1983 in Villefranche (Frankrijk). Er waren in totaal zeven kinderen, vier broers als genoemd, en ook drie zusters. Mijn grootvader was nadat hij gepensioneerd was als kapitein van het KNIL. tot zijn overlijden in 1923 Secretaris van de Verpondingscommissie (Onroerend goedbelasting). In het jaar van zijn overlijden vertrok zijn weduwe met de vier jongste kinderen, Bart, Jan, Suzanna (Suzanna Elisabeth Antoinette, geb. 27-06-1907, surakarta, ovl. 27-12-1980 Amersfoort) en Jack naar Den Haag. Voor het uitbreken van WOII werkte Jan als Fabricagechef op de Suikerfabriek Soedhono bij Madioen (Oost-Java). Op 18 dec 1928 trad Jan in den Haag in het huwelijk met Jeanne Henriette de Ronde, en zij zijn al in januari 1929 vertrokken naar Djombang, Oost Java, naar de suikerfabriek Tjeweng; het gelukkige echtpaar kreeg twee kinderen, t.w. een zoon Michel en een dochter Yvonne.In die periode was Soerakarta de hoofdplaats van een zelfstandig Vorstendom op Midden-Java, met als Staatshoofd de Soesoehoenan (= Keizer), met de naam Pakoeboewono de XIIde. Na de onafhankelijkheid van Indonesië verloor Soerakarta haar status van onafhankelijkheid. Nadat Pakoeboewono de XIIde op 6 juni 2006 overleed werd er nog geen opvolger aangesteld, omdat 2 broers de vrijgekomen troon betwisten.Net als zijn beide andere broers werd Jan, in verband met het uitbreken van de oorlog met Japan, opgeroepen om zijn dienstplicht te vervullen en werd hij ingedeeld bij een Landstormeenheid van het KNIL in Oost-Java. Na de capitulatie van het KNIL, werd Jan in verschillende kampen op Java geïnterneerd. Omstreeks jan 1943 werd hij overgebracht naar Batavia en geïnterneerd in de voormalige KNIL –kazerne van het Xde Bat Inf. te Batavia. In de nacht van 24/25 jan 1943 moest Jan met zijn hele uitrusting, te samen met ca. 1100 Ned. militaire kgvn uit dit kamp en 900 Ned. kgvn uit het interneringskamp Petekoan (vm. Chinese Lagere School Petekoan 31) naar het station van Batavia lopen, om vervolgens van daaruit in goederenwagons per trein naar de havenstad Tandjong Priok te worden overgebracht. Na geruime tijd op de kade te hebben moeten wachten werd Jan met alle andere kgvn op het Japanse troepen-transportschip, ss. “Tacoma Maru” 2 ingescheept ; kort hierna lichtte het ss “Tacoma Maru 2”, op 25 jan 1943 het anker en verliet de haven van Tandjong Priok met bestemming Singapore (Java Party 10). Na een verschrikkelijke zeereis , waarbij o.a. onder de kgvn dysenterie uitbrak a.g.v. de slechte voeding en het besmette drinkwater, kwam het ss “Tacoma Maru” 2, op 29 jan 1943 te Singapore aan. Na aankomst werden de kgvn met vrachtwagens naar het Changi- kamp overgebracht. Op 5 feb 1943 werd Jan samen met 625 Ned. kgvn in goederenwagons per trein nr. 48, naar Ban Pong, de grensplaats met Thailand (Siam), gebracht. Van daaruit moest hij lopend naar één van de werkkampen aan de beruchte Birma- Siam spoorweg; daar moest hij onder vreselijke omstandigheden werken bij de aanleg van de nieuwe spoorlijn. Als gevolg van de onmenselijke behandeling door de Japanse en Koreaanse bewakers, en mede door ziekte, slechte voeding en uitputting, overleed Landstorm sld. Inf. KNIL Johannes Albertus Henricus FANOY, alg. stbknr.10005, op 5 jan 1944 te Kanchanaburi en ligt nu begraven op het Kanchanabury War Cemetery te Thailand. (5A, 48/52). Zijn echtgenote Henriette overleed op 17 sep 2005 te Bussum.noot: Het ss “Tacoma Maru” werd op 1 feb. 1944 door de Amerikaanse onderzeeboot Hake /ss -256, ten N.O. van Halmahera tot zinken gebracht. Sluiten