BIOGRAFIE VAN WACHTMEESTER DER
ARTILLERIE KNIL JOHAN FREDERICH GIPON

1. Algemene gegevens.
-naam en voornamen : GIPON, JOHAN FREDERICH;
-plaats en datum geboorte : AMSTERDAM, 2 maart 1910;
-rang/status : Wmr. Art. KNIL .;
-onderdeel : 1ste Militie Cie. Atjeh en Onderhorigheden;
-gesneuveld : Tijdens gevechten met het Japanse
Leger op 14 mrt. 1942 bij het dorp
Porsea, nabij het “Toba Meer”,
Midden- Sumatra.

2. Korte Historie.
Johan Frederich GIPON werd op 2 mrt. 1910 te Amsterdam geboren; zijn ouders waren Jan Gipon (1879- 1948) en Marina AnnaConstantia JANSEN.
Hij had 4 broers, t.w. Jan (geb. 10 okt. 1908), Ferdinand (geb. 19 sep. 1911), Marinus (geb. 27 juni 1913) en Leonard (6 dec. 1914).
Na zijn 6-jarige Lagere Schoolopleiding ging Johan naar de MULO, om vervolgens zijn studie voort te zetten voor een 3 jarige Technische Opleiding.
In het kader van zijn dienstplicht werd Johan opgeroepen bij het
6de Regiment Veldartillerie (bereden), na eerst een jaar uitstel te
hebben gehad.
In 1932 werd hij bestemd voor de officiersopleiding bij de Artillerie.

Op 19 aug. 1933 werd hij bevorderd tot Wachtmeester, echter met gelijktijdige ontheffing van zijn Officiersopleiding, om vervolgens op
3 okt. 1933 met “Groot Verlof” het Ned. Leger te verlaten;
nadat hij echter begin 1936 naar Indië was vertrokken om in
de “Cultures” op Sumatra te gaan werken, werd hij aldaar weer dienstplichtig verklaard bij het KNIL.
Na het uitroepen van de algehele mobilisatie van onze Strijdkrachten
in verband met het uitbreken van de oorlog met Japan trad Johan in
dec. 1941 weer in “werkelijke Dienst” en werdin 1941 geplaatst bij de
1ste Militie Cie. van Atjeh en Onderhorigheden.

GEBEURTENISSEN TIJDENS DE OORLOG MET JAPAN
De gevechten van het Commando “Midden – Sumatra”
periode: feb./mrt 1942

“UITTREKSEL”

3.De gevechten rond PORSEA en de brug over de Asahan rivier.
Op 13 mrt 1942 bevond de 2de Sectie van de 1ste Cie. van Atjeh en
Onderhorigheden zich met een gedeelte van de 1ste Sectie, onder
co. van Lnt. P ten Bosch zich te Porsea nabij het “Toba Meer”, met
als opdracht, de Japanse vijand tegen te houden, teneinde onze
troepen uit Padang de gelegenheid te geven, via het dorp Si-borong-borong naar Sidikalang terug te trekken.
De Secties lagen in een verdedigende opstelling aan de Westoever
van de Asahan- rivier en ter beveiliging van de brug over deze rivier.
De brug was ondermijnd en mocht pas worden opgeblazen bij
nadering van de vijand.



Sgt. 1ste kl. J.F. GIPON was intussen, als ondercdt. met een brigade uitgezonden om een bamboe- brug 5km ten Zuiden van de brug bij
Posea, op te blazen; hiervoor werd hem een auto beschikbaar gesteld.
Om omstreeks 21.30 uur werd de brug bij Posea bij verrassing en na hevige gevechtendoor een Japanse eenheid veroverd.
Pogingen o.a.door Lds. Sld. Hoppe en andere uitgezonden patrouilles om de brug alsnog op te blazen mislukten.
Intussen werd de auto met Sgt. 1ste kl. GIPON en zijn brigade , die na
zijn opdracht had uitgevoerd, terugkeerde naar Posea, onderweg o.m. met mitrailleurvuur bestookt.
Bij dit gevecht gelukte het aan een deel van deze brigade zwemmend
de overkant te bereiken.
Ondanks hevig verzet van onze KNIL. militairen, moesten zij zich uit Porsea terugtrekken voor de overmachtige vijand, die verdedigers van de
brug over de Asahan-rivier intussen ook met mortiervuur hadden bestookt.
Tijdens deze laatste hevige gevechten, verloren aan onze zijde o.a. de volgende militairen hun leven:
Sgt 1ste kl. Johan Frederik GIPON, mlt. Sld. Jan Oscar HUGES, Lds. Sld. Johannes Adriaan HOPPE en de mlt. sldn Agerbeek en Rodriguez

Moge Gods Zegen op hun allen rusten.

bron: Verslag opgetekend door LtZ 2 SD. KM. G.J. M. Kretschner
de Wilde.