Op 16 november 1944, terwijl de broers Jan en Johannes La Graauw in ‘s-Gravenzande waren viel er in Hoek van Holland, in de omgeving van het "spruitenland", een V2. Samen met de broers Van Spronsen gingen de broers La Graauw lopend naar Hoek van Holland om te kijken wat er aan de hand was. Wat er daar ter plekke gebeurd is is niet duidelijk maar alle vier de mannen en Philip v.d. Berg werden door de Duitse politie gearresteerd en zijn via het gemeentehuis in ‘s-Gravenzande naar Den Haag gebracht. Daar werden zij opgesloten in een van de flats in park Marlot.Er werd gezegd dat zij de volgende ochtend naar huis mochten, maar zij zijn naar het landgoed Duindigt gebracht en daar op 17 november neergeschoten. Eén van de mannen, Philippus v.d. Berg was slechts gewond en heeft zich dood gehouden. Hij heeft later verteld dat de Duitsers, in tegenstelling tot gebruikelijk, geen genadeschot hebben gelost om het af te maken. Zodoende is V.d. Berg 's nachts weggevlucht en na door een Duitser(!) geholpen te zijn - deze heeft hem gezegd dat hij niets voor hem kon doen maar hij wist een veilig adres - ergens opgevangen en aan zijn verwondingen geholpen. Vervolgens is hij bij boer Boekenstein in Maasland ondergedoken.Deze Flip v.d. Berg is na de oorlog terug gekeerd naar Hoek van Holland, maar heeft altijd last gehouden van deze geschiedenis. Na het opgraven zijn er foto`s van de overledenen verschenen bij de politie van Hoek van Holland waaraan vrienden en familie de mannen hebben geïdentificeerd. Sluiten