Willy Hartman Kok was ten tijde van de Japanse bezetting van Nederlands-Indië onderdeel van het verzet. Hij gaf informatie door aan Australië, waarschijnlijk van militair-strategische aard. Hij werd verraden aan de Japanse overheerser door een zekere Frits de Haas, de toenmalige echtgenoot van zijn schoonzus Rosalie Geertruida Knops. Derhalve werden Willy en zijn gezin, nadat zijn van elkaar werden gescheiden, geïnterneerd in verschillende Japanse interneringskampen. Nadat Japan was gecapituleerd, vertrok Willy naar de stad Garoet, waar hij voor de oorlog werkzaam was.

De heer Peggy Westhoff, geboren in juli 1930, heeft verklaard dat Willy destijds enige tijd bij hem en zijn oom Freddy Westhoff heeft gelogeerd. Terwijl Willy bij de familie Westhoff verbleef, brak de Bersiap-periode uit. Volgens Peggy werd zijn huis op een zekere dag omsingeld door gewapende mensen, de zogenaamde "ploppers". Zij drongen het huis van de familie Westhoff binnen en dwongen hen, inclusief Willy, om zich naar de woonkamer te begeven. Daar is Peggy Westhoff getuige geweest van de moord op zijn oom Freddy en Willy Hartman Kok. Beide werden door een Indonesische opstandeling op brute wijze vermoord door middel van een onthoofding.