Om 21:00 uur in de avond van 4 september 1944 verliet Fritz van Hattem het huis waar hij met zijn moeder woonde aan de Prof. Lorentzlaan te Zeist om sabotage te plegen. Enige tijd later die nacht werden hij en een verzetsvriend H. Marselle door een Duitse patrouille betrapt bij het vernielen van een telefoonkabel in de buurt van villa Pasadena waar Duitse vliegers van de nachtjagereenheid van Soesterberg waren gelegerd. Fritz is daarbij gearresteerd, Marselle gelukte het te ontkomen.
Na 's morgens rond 8 uur in villa Pasadena, het hoofdkwartier van de Sicherheitsdienst te Zeist, te zijn verhoord door Sturmscharführer Blattgerste werd door diens chef Knoop het doodvonnis uitgesproken. Dit werd pas de volgende ochtend bekend. Het vonnis diende terstond voltrokken te worden omdat diezelfde dag om 15:00 uur een bekendmaking zou worden aangeplakt dat van Hattem als dader van de bewuste sabotage ter dood was veroordeeld en geëxecuteerd.

BEKENDMAKING – De Nederlander Frits van Hattem, geboren 8 april 1922, woonplaats in Zeist, Prof. Lorentzlaan 137 heeft in de nacht van 4 op 5 september 1944 aan een kabelsabotage deelgenomen en werd standrechtelijk doodgeschoten. Met hem zijn 10 saboteurs terechtgesteld. (Dit laatste lijkt op grootspraak c.q. bluf. Er is nergens gebleken dat dit waar is).

Fritz van Hattem werd in een personenauto meegenomen naar kamp Amersfoort waar de kampcommandant opdracht kreeg tot het samenstellen van een vuurpeloton. Na voorlezing van het vonnis werd hij op een stille plek vlakbij de hoofdpoort van het kamp door 3 man gefusilleerd en ter plekke begraven.