Hendrikus Hermanus Arnoldus Keizer (roepnaam Henny) komt uit een gezin met twee kinderen; hij heeft een jongere zus (roepnaam Mies).

Henny’s vader is onderwijzer en geeft les op Protestant Christelijke scholen in Opperdoes, Vriezenveen, De Steeg en Weesp. Vanaf 1916 geeft hij les in Nederlands Indië in Wlingi, Soerabaja (beide op Oost Java) en in Gorontalo en Airmadidi (beide Noord Sulawesi). Tussen eind 1916 tot 1923 is hij werkzaam in de handel van kiemplanten (‘’bibit’’).

Henny wordt in het Westeinde ziekenhuis in Den Haag geboren op 22 juni 1925. Het gezin woont in Nederlands-Indië in en is, zoals gebruikelijk, regelmatig langere tijd op op verlof in Nederland. Dan woont het gezin in Den Haag waar ze op verschillende adressen in de wijk Bezuidenhout wonen.

1934 – Airmadidi Nederland-Indië

In 1938, keert de vader van Henny terug naar Nederlands Indië. Hij wil in Java een aantal agentschappen opzetten. Door het uitbreken van de oorlog moeten Henny en zijn moeder en zus helaas noodgedwongen in Nederland achterblijven terwijl vader in Indië zit. Door deze scheiding leeft het gezin in grote onzekerheid over het lot van de vader en moet het dagelijks levensonderhoud door familie worden opgevangen.

In 1943, worden Henny, Mies en hun moeder geevacueerd omdat de Duitsers het Haagse Bos, dat dicht bij hun huis in Bezuidenhout ligt, gebruiken voor oorlogsdoeleinde (afvuren van V2 raketten). Henny verhuist met zijn moeder en zus naar Baarn waar ze onderdak vinden bij een oudere alleenstaande dame (de moeder van de Gemeente Secretaris Gerard Grijs). Ze gaan wonen op de Burgermeester Penstraat 26.

Henny, die inmiddels 17 jaar is, wordt als leerling ingeschreven voor het schooljaar 1943-1944 op Het Baarnsch Lyceum, in klas 3-b HBS-B. In 1944 werd hij bevorderd naar klas 4- HBS-A. Schoolrapporten uit deze periode zijn bij de school bewaard gebleven.

Henny is een stille, verlegen jongen en volgens zijn zus bezoekt hij regelmatig paardenraces. In het weekend van 12-13 Augustus 1944 gaat Henny naar een race in Alkmaar.

Helaas houden de Duitsers die dag een razzia om jongens en mannen op te pakken die de Arbeitseinsatz geweigerd hebben. Ze worden afgevoerd naar het politie bureau in Alkmaar en onderweg besluit Henny te vluchten. Later wordt hij echter opnieuw opgepakt en naar Polizeiliches Durchgangslager (Kamp) Amersfoort vervoerd. Wrang is dat de andere gearresteerde op het Politeibureu in Alkmaar worden vrijgelaten. Opmerkelijk is dat Henny niet het ‘type’’ was om door bezet Nederland te reizen en te vluchten bij een arrestatie. Wij vermoeden dat Henny in het verzet zat en later meer.

Henny wordt op 15 Augustus in Kamp Amersfoort geregistreerd als gevangene en krijgt kampnummer 6454.

Na 3 weken verblijf in Amersfoort wordt Henny op 8 September 1944 op transport gesteld naar concentratiekamp Neuengamme bij Hamburg in Duitsland. Op zijn kaart staat onder andere zijn adres, Alkmaar en de reden dat hij is gearresteerd namelijk ‘’Arbeitsverweigerung’’.

De reis gaat per trein en de ‘Transportliste’ vermeld dat Henny afgevoerd wordt met mannen die in Tilburg en Alkmaar zijn opgepakt (vermeld met potlood in de kolom rechts). Tijdens deze reis gooit Henny zijn dagboek uit de trein. Dit is na de oorlog door het Rode Kruis aan de familie overhandigd. Helaas is dat in de jaren zestig door de vele verhuizingen verloren gegaan.

In Neuengamme wordt Henny geregistreerd onder nummer 49212. Neuengamme heeft velen zogenaamde Satelliet kampen en in Oktober 1944 wordt een dergelijk kamp in gebruik genomen in Engerhaven bij Aurich. Ca. 2000 mannen worden vanuit Neuengamme naar dit kamp vervoerd en Henny is een van hen. De omstandigheden in Engerhaven zijn onmenselijk en de mannen moeten 2-3 meter diepe tankgrachten graven onder zeer zware omstandigheden (ondervoeding, kou, velen hebben dysenterie, overvolle barakken, nauwelijks gelegenheid om te wassen, geweldadige bewakers etc.).

In December 1944 besluiten de Duitsers het kamp in Aurich te sluiten en 500 zieke mannen worden als eerste op 15 december 1944 terug vervoerd naar Neuengamme. Tijdens dit transport overlijdt Henny op 16 December om 02.44 uur. Dit staat vermeld in het boek dat in Neuengamme gebruikt werd om overleden gevangen te registreren. Als reden voor zijn overlijden staat vermeld ‘’Allgem. Korperschwache’’. Tevens staat ‘’Aurich’’vermeld.

Henny en zijn lotgenoten worden in Neuengamme gecremeerd en de as wordt in de omgeving van het kamp verspreid. Dit wordt bevestigd door gevangen die het overleefd hebben. De exacte locatie waar de as is verspreid is niet meer te achterhalen.

In Neuengamme worden alle doden herdacht in het ‘’Memorials House of Remembrance’’.

Ook Henny’s naam is vermeld.

Het overlijden van Hennie is door de Plaatselijke Advies Raad Illegaliteit te Den Haag op 3 september 1945 aan de familie medegedeeld. In 1946, verneemt de moeder van Henny via het Rode Kruis dat haar man, Hendrikus Jacobus Keizer (1891-1945) in een Japans concentratiekamp in Batavia is omgekomen.

Na de oorlog, aan het begin van het schooljaar 1946-1947, wordt op Het Baarnsch Lyceum door Rector Vor der Hake, stilgestaan bij wat hun oud-leerling Henny Keizer was overkomen.

Henny, alsook de naam van andere oud-leerlingen die in de oorlog zijn omgekomen, is op een lijst gezet bij een herinneringsplaquette. Sinds 2001 hangt deze herinneringsplaquette , met een gedicht van A. Roland Holst, in de hal-entree van Het Baarnsch Lyceum. Aan beide zijden van deze plaquette zijn de namen toegevoegd van de oud-leerlingen, die in de Tweede Wereldoorlog zijn omgekomen, dus ook die Henny Keizer. Henny is slechts 19 jaar oud geworden.

Verzet

In de hal-entree van Het Baarnsch Lyceum hangen hangen twee plaquettes met ca. 30 namen van oud-leerlingen, die in de Tweede Wereldoorlog zijn omgekomen. Opmerkeliijk is dat velen de leefdtijd hadden van Henny en dat de meeste zijn omgekomen door actief verzet tegen de Duitsers. Een aantal was betrokken bij het drukkken en verspreiden van illegale bladen. Opvallend is ook dat een aantal jongens net als Henny zijn afgevoerd naar kamp Amersfoort en vervolgens naar Neuengamme. Minstens twee zijn net als Henny in Aurich te werk gesteld. Ook hun geschiedenis loopt synchroon. Toeval ? of waren ze allemaal onderdeel van verzetsnetwerken die min of meer tegelijk opgerold werden ? In dat kader bestond er een verzetsgroep met de naam Rolls Royce die illegale bladen verspreiden met fietskoeriers in het Zuid-Holland, Utrecht en Noord Holland. Dit deden veelal jongens en meisjes die nog op school zaten. De routes liepen oa. Door Baarn, Den Haag, Alkmaar (!)

Zoals geschreven, was Henny een stille verlegen jongen en niet het type dat men verwacht te reizen door het land tijdens oorlogstijd. Was hij ook koerier ? Waren de paardenraces een dekmantel om te reizen ? Vluchtte hij daarom bij zijn arrestatie ? We willen het natuurlijk graag geloven maar bewijzen hebben we nog niet. Helaas is zijn dagboek nog niet terug gevonden en brengt dat ooit meer duidelijkheid.

Aangezien de laatste rustplaats van Henny niet aanwijsbaar is, heeft de Oorlogsgravenstichting zijn personalia opgenomen in Gedenkboek deel 34. De complete serie Gedenkboeken, totaal 42, worden bewaard in de kapel op het Nationaal Ereveld Loenen. Daar ligt altijd één Gedenkboek opengeslagen en elke dag wordt er pagina omgeslagen.