In het boek Ter Herinnering 1946-2006 staat de volgende bijdrage:"In 1941 begon hij een kippenfarm in Brastagi. Moeder was half Duits, half Japans. Op grond hiervan werden zij in december 1941 geinterneerd. Vader volgde haar status. Na de bezetting door Japan wer en zij: iiet naar een kamp gestuurd. Zij keerden terug naar Brastagi en werden aangemerkt als "enemy allen" en hadden beperkte bewegingsvrijheid. Vader was lid van een organisatie bestaande uit ex-KNIL militairen, ambte¬naren en andere burgers. Vader had een radio en smokkelde berichten naar o.m. leden van deze organisatie. Deze werd begin 1943 verraden o.m. door en Nederlands bestuursambtenaar en een Duitser. Vader werd in september 1943 gearresteerd en na ver¬hoor door de Kempetai veroordeed tot levenslang cellulair, door te brengen in de gevangenis te Pematang Slautar. De ex-KNIL militairen werden, voor zover mij bekend, geëxecuteerd in de plantentuin te Sibolangit en liggen begraven te Ancol. Moeder werd door de Japanners halfdood geslagen omdat zij weigerde mee te werken. Dankzij de bede zorgen van haar buren, de Nederlandse ex-echtgenote van een Duitser en een Nederlandse familie (houders van een "Nansen"paspoort) heeft zij het overleef en repatrieerde in maart 1946. Zij overleed in 1976. Sluiten