Johannes Kleinhesselink
1889-1944
Slachtoffer van de oorlog
Is 55 jaar geworden
Geboren op 07-06-1889 in De Heurne, Dinxperlo
Overleden op 15-11-1944 in Marl, Landkreis Recklinghausen
Bijdragen
De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:
Johan Klein Hesselink
Johan Klein Hesselink werd geboren op 7 juni 1889 in De Heurne bij Dinxperlo als tweede zoon van Gerrit Willem Klein Hesselink (landbouwer) en Wilhelmina Ormel. Zijn naam werd bij de geboorte- aangifte foutief aan elkaar geschreven, dus op officiële documenten later bleef de naam op deze manier bestaan. In 1918 trouwde Johan in Aalten met Johanna Engelina Jentink (1886), afkomstig uit buurtschap Haart in Aalten. In dat jaar kocht hij de boerderij waarop zijn ouders gewoond hadden, “het Beester” aan de Caspersstraat in De Heurne bij Dinxperlo. Johan en Johanna kregen een zoon Hennie (1919-1996) en drie dochters. Het gezin maakt een grote brand mee, waarna in 1924 een nieuw woonhuis met achterhuis en spieker werd gebouwd.
Op zondag 24 september 1944 reed een Duitse troepenauto rond in De Heurne en keerde voor een huis waar “De Vrije Koerier” werd gestencild. Ze waren niet op weg naar dat huis, maar deden er wel een inval. Bij toeval werd dus ontdekt dat het een schuilplaats was voor de ondergrondse. en Stencilmateriaal, schrijfmachines en honderd geadresseerde enveloppes werden gevonden. De Duitsers gingen weer weg maar drie weken later op 16 oktober werd om 7.30 uur in de ochtend het dorp Dinxperlo helemaal afgezet door Duitse soldaten. Met de enveloppen in de hand gingen ze alle adressen af en pakten circa 30 oud-militairen op. De zoektocht ging verder naar De Heurne. Het adres van Hennie Klein Hesselink (oud-militair) stond op één van de enveloppen. Maar hij was niet thuis en dus namen de nazi’s zijn vader Johan mee als gijzelaar. Die dag werden 37 mannen uit de gemeente Dinxperlo naar Bocholt gebracht en daar in het huis van bewaring ingesloten. In de nacht gingen ze in open vrachtauto’s de grens over en via Borken naar het Arbeitslager Marl bij Recklinghausen gebracht. Hier werden ze tewerkgesteld in de Buna fabriek. Kamp Marl was de verzamelnaam voor meerdere, verspreid over het dorp Marl en de chemische fabrieken van Hüls liggende, kampen voor “Fremdarbeiter” maar ook voor gestraften zoals Poolse, Russische en Nederlandse dwangarbeiders. Het bleek al snel mogelijk brieven naar huis te sturen, die meegenomen werden door twee chauffeurs die met autobussen dagelijks arbeiders de grens over vervoerden van Dinxperlo naar de Bunafabriek in Recklinghausen. Ook konden kleine pakjes met eten of wat kleding het kamp binnen worden gesmokkeld worden.
De familie thuis op ’t Beester kreeg op deze manier berichten over hun man en vader. Hennie en zijn vrouw Mimi verwachtten toen hun eerste kind. De gezondheid van Johan was voordat hij gevangen genomen werd al niet optimaal en ging in het kamp zeer snel achteruit. De werkomstandigheden en voeding waren er bar slecht en Johan kreeg geen medische verzorging. Het bericht kwam in De Heurne dat Johan op 15 november 1944 was overleden. Drie dagen later werd hij begraven op het Zentralfriedhof (burgerkerkhof) in Marl-Brassert. Op de overlijdensverklaring is alles aangekruist wat een oorzaak kan zijn: hartfalen, totale zwakte, “Kreislauf” zwakte, het stoppen van hart en ademhaling. Echtgenote Johanna en de drie dochters woonden de begrafenis bij in Marl, zij konden meerijden met de arbeidersbus van de fabriek Buna. De geallieerden bombardeerden met regelmaat deze omgeving met de fabrieken. Onderweg in Marl moesten Johanna en haar dochters al stoppen en in een schuilkelder het luchtalarm afwachten. Tijdens de begrafenis gebeurde dat nog een keer, het luchtalarm klonk en ze schuilden in een nabij gelegen kelder.
Johans dood betekende een groot verdriet thuis voor de familie. Ook voor de naobers en allen in de omgeving die betrokken waren. In huis op ’t Beester waren onderduikers en het ‘gewone’ leven moest doorgaan. Johans kleinzoon junior werd in december geboren. Naast de vreugde hierover was er het verdriet dat Johan senior dit niet kon meemaken: zijn eerste kleinkind zien opgroeien. De afwezigheid van Johan werd altijd gevoeld. Maar er werd nauwelijks over gesproken . Vooral zoon Hennie moest er tijdens zijn leven altijd aan denken en voelde het verdriet, dat zijn vader was (heen)gegaan, in zijn plaats. Johan Klein Hesselink was de enige van de groep mannen die in november werd opgepakt, die in het kamp Marl stierf. De anderen kwamen net voor Kerstmis 1944 (na gewiekste omkoping van bewakers) weer vrij en keerden naar huis terug.
SluitenGeplaatst door Ina Brethouwer op 30 september 2021
Voeg zelf een monument toe
Log in om een monument toe te voegenVoeg zelf een verhaal of document toe
Log in om een bijdrage toe te voegenAlter Friedhof Brassert-Marl
Vak/rij/nummer XIVA283