Jan Knoop werd geboren op 18 februari 1919 te Sappemeer.
In mei 1940 was hij beroeps matroos 2e klasse bij de Koninklijke Marine. Als zodanig werd hij in april 1943 opgeroepen om zich op 13 mei 1943 te melden in het Wehrmachtslager aan de Zonnebloemstraat te Amersfoort, ten einde te worden teruggevoerd in krijgsgevangenschap.
In een transport van 1170 man arriveerde hij op 14-5-1943 in het krijgsgevangenenkamp Stalag XI-a Altengrabow. Daar werd hij geregistreerd als krijgsgevangene nummer 105534. Bij zijn inschrijving in Stalag XI-a Altengrabow gaf hij als contactadres op: mevrouw M. Knoop-Kooi, Coendersweg 1 Groningen.

Op 27-5-1943 werd hij vanuit Stalag XI-a Altengrabow en via het fort Kronprinz bij Straatsburg, verplaatst naar Stalag V-a Ludwigsburg. Van daaruit werd hij tewerkgesteld in het Arbeitskommando 3016, gemeentewerken Stuttgart. Na aanvankelijk ondergebracht te zijn in de Stadthalle, werd hij op 9 oktober 1943 verplaatst naar de Schwabschule en de Moltkeschule, op de hoek van de Moltkestrasse en de Vogelsangstrasse in Stuttgart.

Het dagelijkse werk bestond uit het repareren van schade die was ontstaan tijdens bombardementen op Stuttgart. Tijdens een dergelijk bombardement op 21 juli 1944 is hij samen met marinier 3e klasse Wilhelmus Eduardus Schoonwater (kgf 104858) gaan schuilen in een spoortunnel. Daar werden beiden gegrepen door een plotseling uit de tunnel opduikende trein (bron dagboek tweede vertrouwensmans korporaal L.M. van Hoof).

Jan Knoop werd aanvankelijk begraven op het Hauptfriedhof Steinhaldenfeld Stuttgart-Bad-Cannstatt, B rij 24/31 nr 1710, overgebracht naar Nationale Ereveld in Loenen, vak B314.

Nationaal archief collectie krijgsgevangenen 2.13.98 inv. 29 melding 367 / 907.

Bron: E. van der Most "Besondere Krankheitsgeschichten und Ärztliches Geheimnis", uitgave in eigen beheer, Gouda 2020.