Hendricus Jacobus Frederik Koolmees
1926-1949
Bijdragen
De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:
Korporaal Hendricus Jacobus Frederik Koolmees
Henk Koolmees wordt geboren op 15 oktober 1926 in Den Haag. Hij is de jongste zoon en heeft twee oudere broers en vijf zussen. Het gezin komt de Tweede Wereldoorlog ongeschonden door. Na de oorlog werkt Henk bij een slager als hij wordt opgeroepen voor de dienstplicht. Van 5 juli 1945 tot april 1946 is hij onder de wapenen. Henk ondergaat, net als andere dienstplichtigen, een streng regime; zo wordt hij door zijn compagnies-commandant gestraft als hij zich onttrekt aan het gezamenlijk baden. Drie dagen licht arrest is het gevolg. Licht arrest betekent een beperking in de bewegingsvrijheid; door deze straf mag hij drie dagen de kazerne niet verlaten. Een zwaardere straf volgt twee weken later als hij tijdens de middaginstructie uit baldadigheid een ruit vernield: 6 dagen verzwaard arrest. Op 6 januari 1946 schrijft hij een postkaart aan zijn ouders; hij kon het weekend in verband met wachtdiensten helaas toch niet thuis zijn. Hij bedankt zijn moeder voor wat spulletjes die hij via via gekregen heeft en drukt haar op het hart dat zij zich niet ongerust hoeft te maken over Indië “want alles zal wel in orde komen”.
Na de vervulling van zijn dienstplicht gaat Henk werken bij de PTT op het postsorteercentrum in Den Haag. In november 1946 wordt Henk opgeroepen voor militaire dienst en wordt hij ingelijfd als soldaat bij het 4e bataljon van het 10e regiment infanterie. De Nederlandse krijgsmacht heeft ernstige behoefte aan militairen voor de politionele acties in Nederlands Indië. Het gezin Koolmees ziet de inzet als noodzakelijk en Henk ondergaat voor zijn vertrek eerst nog militaire trainingen. In november 1946 is Henk te laat bij een training en mist hij het middagappѐl. Als hij hier tijdens het halen van eten in groepsverband door zijn commandant op wordt aangesproken weigert hij de houding aan te nemen; voor beide acties wordt hij gestraft. Twee dagen licht arrest en een uur exercitie als straf wordt hem aangezegd. Op 5 februari 1947 blijkt dat Henk de belofte aan zijn moeder over Indië niet waar kan maken; met de MS Johan van Oldenbarnevelt vertrekt hij naar de oost. Na een reis van vier weken komt hij op 6 maart aan in Batavia.
Het troepentransportschip m.s. Johan van Oldenbarnevelt
Maanden verstrijken in Indië en Henk houdt via de post contact met zijn familie. De maanden worden jaren. Henk wordt in deze periode ook groepscommandant. Op 4 maart 1949 krijgt luitenant Van der Veen, pelotonscommandant bij 4-4-10 R.I. de opdracht om met zijn eenheid een patrouille uit te voeren op de weg tussen Saketi en Mandalawangi op west-Java. Het gebied bestaat uit een bosgebied met enkele kampongs die aan de weg liggen. Bij het verlaten van de kampong Leuwikondang loopt de inmiddels tot korporaal bevorderde Henk voorop en kiest hij de linkerkant van een holle weg, geheel volgens procedure. Onverwachts komt de voorhoede onder vuur te liggen van automatische wapens en onmiddellijk wordt Henk getroffen. Het peloton beantwoord het vuur en de spitsgroep gaat samen met de ziekenverpleger van der Snoek naar Henk om eerste hulp te verlenen. Henk blijkt getroffen door een kogel in de buik, hij wordt verbonden en verplaatsingsgereed gemaakt. Luitenant van Veen regelt een deur waarop Henk wordt afgevoerd naar een veiligere plaats waar hij nogmaals verbonden wordt en hem morfine wordt toegediend. Het peloton zet de patrouille voort terwijl enkele militairen, waaronder van der Snoek, met Henk verplaatsen richting de konvooiweg tussen Pandeglang en Saketi. Na een kwartier passeert een konvooi van de genie die de militairen afvoert richting het veldhospitaal in Pandeglang. Nog dezelfde dag wordt Henk afgevoerd naar het militaire hospitaal te Batavia. Henk is in deze periode bij bewustzijn gebleven en heeft in het hospitaal hartverscheurend geroepen om zijn moeder. Nu blijkt dat zijn moeder zich geheel terecht bezorgd was over Indië. 5 maart 1949, na precies twee jaar diensttijd in Nederlands Indië overlijdt Henk ten gevolge van de verwondingen die hij tijdens de patrouille op liep.
Henk wordt met militaire eer begraven op het ereveld Menteng Pulo in Batavia (Jakarta)
Thuis krijgt zijn moeder het nieuws te horen van de aalmoezenier. Bij het aanzeggen van het bericht kan ternauwernood voorkomen worden dat ze in de Haagse singel springt, het verdriet heeft het van haar over genomen. Nooit zal zijn moeder het verlies te boven komen; zijn foto krijgt een prominente plaats in huis en op zijn sterfdag is er geen muziek in huis. Het verdriet blijft, zeker als de andere militairen uit de straat feestelijk worden onthaald bij hun terugkeer.
SluitenGeplaatst door Coördinator Archief Oorlogsgravenstichting op 03 januari 2020
Bloemen
Geplaatst door Theo Bogaard op 12 maart 2024