Bernard de la Bella werd in september 1942 samen met 138 andere Joodse mannen te werk gesteld in Ellecom ( de hel van Ellecom ). Deze mannen moesten grond afgraven, bomen kappen en moerassen dempen onder voortdurende mishandelingen van Duitse officieren. Er moest in Ellecom een gymzaal verrijzen voor in opleiding zijnde SS'ers.

De Joodse mannen werden ondergebracht in een oude, geblindeerde villa ( villa Irene). Ze werden erg slecht behandeld. Bij aankomst werd hen alles afgenomen, kregen veel te weinig te eten en werden voortdurend mishandeld. Drie van deze mannen stierven in Ellecom.

Toen de werkzaamheden klaar waren, werden de Joodse mannen afgevoerd naar Westerbork ( november 1942 ). Binnen 11 weken tijd waren ze nog maar 35 kilo. In Westerbork werd geschokeerd gereageerd op hun verschrikkelijke toestand. Veel van deze mannen bezweken alsnog in kamp Westerbork. De andere mannen werden gedeporteerd naar het Oosten. Slechts 33 mannen overleefden deze hel.

Bernard de la Bella was één van hen. Hij is vermoedelijk in oktober 1942 naar kamp Westerbork overgebracht ( met nog een groep andere mannen). Op 5 november overleed hij hier, waarschijnlijk door uitputting, uitgehongerd te zijn na de hel van Ellecom.

Op de afbeeldingen een foto van het monument bij het landgoed in Ellecom en een afbeelding van de lijst met namen van de te werk gestelde Joodse mannen.