Bijdragen
De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:
Vergeten Verzet - Vuurpijl-affaire - Eliza Manuputty en haar broer Dedrik Manuputty - Verzetsstrijders
Eliza Manuputty, Indonesische van Ambonese of Zuid-Molukse afkomst , was werkzaam als tijdschrijver bij het Marine Etablissement in Soerabaja en samen met haar broer Dedrik Manuputty lid van de Verzetsgroep Corsica in Soerabaja, ook wel aangeduid als “Ondergrondse Vereniging Corsica”. Zij en Eliza Syaranamual waren de enige twee vrouwen in deze groep.
Vast staat dat deze Verzetsgroep radiografisch contact had met de Nederlandse inlichtingendienst in Australië en Intelligence verrichtte ter voorbereiding van tenminste vier geallieerde bombardementsvluchten naar Soerabaja.
De Verzetsgroep Corsica stak in de nacht van 21 Juli 1943 op verschillende plaatsen in Soerabaja Vuurpijlen af om militaire doelen in de haven te markeren, zodat Amerikaanse zware bommenwerpers uit Australië gericht hun dodelijke lading konden afwerpen, vandaar de naam Vuurpijl-affaire. Geallieerde bommenwerpers voerden in de nacht van 9 op 10 november 1943 weer een bombardement uit op strategische doelen in Soerabaja. De kroon op het verzetswerk was de succesvolle bijdrage aan een operatie die in militaire kringen bekend staat onder de codenaam “Transom”. Op 17 mei 1944 zetten bijna 100 (honderd) vliegtuigen van het Britse vliegkampschip HMS Illistrious en Amerikaanse vliegkampschip USS Saratoga een gecombineerde aanval in op strategische doelen in Soerabaja : de olie-installaties in Wonokromo, machinefabriek Braat in Ngagel en de Marine installaties in de haven van Tandjoeng Perak waren het doelwit. Tenminste één getuige meldde dat het Verzet met spiegeltjes lichtsignalen gaf om de geallieerde vliegtuigen te leiden naar hun doelen. De daarop volgende nacht werden de doelen nogmaals bestookt door Amerikaanse zware bommenwerpers.
Verdachten van de Vuurpijlaffaire werden gearresteerd, naar de Werfstraatgevangenis afgevoerd en daar maandenlang verhoord en gemarteld. Eliza en Dedrik Manuputty werden met andere leden van de Verzetsgroep Corsica weggevoerd en in Juni/Juli 1944 door de beruchte Militaire Politie Ken-Pei-Tai geëxecuteerd in de Djatibossen van Bodjonegoro. Zij liggen met andere leden van de verzetsgroep begraven in een massagraf met opschrift “Verzamelgraf Bodjonegoro”.
J.W.F Meeng Hoofd van het Bijkantoor Soerabaja van de Opsporingsdienst Overledenen O.D.O., onderdeel van het Departement van Justitie, publiceerde eind 1949 in verschillende kranten in Nederlands-Indië een namenlijst van illegale strijders uit Soerabaja, waaronder Eliza en Dedrik Manuputty . In hun persoonsdossier in het Nationaal Archief staat aangegeven: “behorende tot de Vuurpijl-affaire”.
Deze illegale acties werden in Nederlands-Indië bekend als de "Vuurpijl-affaire". Desondanks raakte dit verhaal in Nederland in vergetelheid en wordt tot op heden nooit erkend als Verzetsdaad door de “Ondergrondse Vereniging Corsica” in samenwerking met de Geallieerden tegen de Japanse bezetters.
De schoonzuster van Eliza Manuputty, die de echtgenote was van haar broer Dedrik. de weduwe E.Th.M. Manuputty-Jansen heeft nooit voor beiden erkenning als Verzetsstrijders gekregen
Niet uitgesloten kan worden, dat Eliza en haar broer Dedrik Manuputty familiebanden hadden met een ander verzetsstrijder behorend tot de Vuurpijl-affaire, Karel Manuputty net zoals zij , Indonesier van Zuid-Molukse afkomst, die in Juni/Juli 1944 door de Ken-Pei-Tai geëxecuteerd in de Djatibossen van Bodjonegoro
De Zuid-Molukse gemeenschap betaalde een hoge tol voor haar Verzet in Soerabaja. Voor zover bekend bestonden de geëxecuteerde leden van de Verzetsgroep Corsica voor bijna 80 % uit Zuid-Molukkers.
Geplaatst door Peter van den Broek op 06 december 2022