Adrianus Manschot
1916-1945
Oorlogsslachtoffer
Is 28 jaar geworden
Geboren op 10-05-1916 in Jaarsveld
Overleden op 09-02-1945 in Tirlemont, B a/b Mitchell FW212
Bijdragen
De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:
Geplaatst door Coördinator Archief Oorlogsgravenstichting op 21 april 2013
Groepsfoto 1941
Groepsfoto Adspirant reserve officieren in opleiding tot vlieger (AROV) in juni 1941 te Soerabaja, Nederlands Indië. Op de achterste rij v.l.n.r.: La Bree, Coomans, Manschot, Schaaphok en Nuesink. Voorste rij v.l.n.r.: Kerkhoven, Twijsel, Schermers, Zegers de Beijl en Grader. Foto gemaakt ter gelegenheid van het huwelijk van R.R. Twijsel.
SluitenGeplaatst door jghk op 13 maart 2023
Tirlemont
Geplaatst door 1940 respectvol op 20 oktober 2020
Op die dag gaf no.139 Wing gehoor aan een dringend verzoek om de Britse en Canadese troepen luchtsteun te verlenen aan hun offensief in de buurt van het plaatsje Geldern. In totaal werden voor deze operatie 42 Mitchells samengebracht. Van dit aantal waren 17 toestellen afkomstig van No.320, wat voor het squadron op een “maximum effort” neerkwam. Adriaan Manschot was 2de Officier Commandant Vlieger van de FW212, B-25 Mitchell, voorop vliegend in formatie met de opdracht om een kruising bij Geldern in Duitsland te verwoesten. Het was zijn 73ste missie. De hoge stapelwolken uit het westen waren er oorzaak van dat de formatie direct na de start, de “ascend trough cloud procedure” moest toepassen. Voor de vliegers was dit overigens routine. Het uitklimmen vanaf de basis Melsbroek (tegenwoordig Brussel/Zaventem) moest uitgevoerd worden in een grote cirkel boven België omdat de rechtstreekse afstand naar het front te kort was om in een rechte lijn de 5 km hoogte te kunnen bereiken. Tijdens het vliegen met slecht zicht door een wolkenlaag, gaat de formatie verder uit elkaar vliegen. En pas als het zicht weer goed is wordt de onderlinge afstand verkleind. Een kwartier na de start en tijdens de stijgvlucht, juist bij het uitkomen boven de wolkenlaag, botste het toestel no.4 FR165/K van piloot Maas, van achteren tegen de vleugel, staart en achterzij flank van de leidende no.1, de FW212/J van piloot Manschot. De rechtervleugel van Maas brak af. De cockpit van Maas, zijn instrumentenpaneel raakte beschadigd, waardoor het hem moeite kostte uit het snel dalende vliegtuig te komen. Zijn navigator Claassen was er eerder al uitgesprongen, beide landden veilig op de grond in Tienen. Het vliegtuig van Maas crashte seconden later op het terrein waar nu het ziekenhuis staat, en explodeerde. Van veel woningen in de buurt sneuvelden de ruiten, en daken stortten in. De rest van de bemanning kwam om het leven. Adriaan Manschot en zijn bemanning in de FW212/J maakten geen schijn van kans. De flightcontrol kabels lopen langs de vleugel achterrand, en ook door de staart voor de besturing van de andere vleugel kleppen. Zijn vliegtuig was volkomen onbestuurbaar. De Mitchell van Adriaan crashte niet ver van dat van Maas, bij de Viandra in Tienen. Op 13 februari vond de begrafenis plaats, te Fosse, bij Namen.
A. A. Beukhof: “Toen we op Melsbroek landden, kwam Chrisje de Jong naar me toe en zei, Beuk, ze zijn allemaal dood!”. Twee vliegtuigen waren in de wolken op elkaar gebotst. Van de totaal negen bemanningsleden, waren er twee op wonderbaarlijke wijze per parachute uit het vliegtuig gesprongen. De vliegramp kostte het Squadron 7 onvervangbare bemanningsleden. Van de FW212J werden de commandant officier-vlieger der 2e klas Adriaan Manschot, de officieren-vlieger der 3e klas Th.M.Emous en A.K. Knapp, evenals sergeant-vliegtuig telegrafist A.L. Diets op slag gedood. Ook de Britse Gee-H operator, warrant officer R.M. Wilson, overleefde dit ongeval niet. De twee omgekomen bemanningsleden van de K waren de sergeant vliegtuigschutter D.H.J. Born en H. Harsevoort. (bron: “de Operaties van 320 Squadron”, Nico Geldof) Het stoffelijk overschot van OVL 2 Manschot werd naderhand buiten het vliegtuigwrak met half geopende parachute gevonden.
SluitenGeplaatst door Marleen Klewais op 20 april 2015